Mok, Maurits
Mozes Mok, Nederlands dichter, prozaïst en criticus (Haarlem 7.11.1907 – Bergen (N.H.) 8.2.1989). Mok koos na een opleiding voor een kantoorfunctie al vroeg voor een literaire carrière. Hij veranderde zijn joodse doopnaam onder invloed van het opkomend fascisme in Maurits en dook tijdens WOII onder in het Gooi. Daarvoor debuteerde hij met de romans De tweede jeugd (1933) en Badseizoen (1934), maar maakte vooral naam als episch dichter met Exodus (1938) en Kaas- en broodspel (1938), in 1940 gevolgd door Scheppingsdroom. Deze epische poëzie toont Mok als een dichter die strijdbaar op zoek is naar vrijheid en dat wat mensen met elkaar verbindt. Ook in De vliegende Hollander (1941) en De spoorwegstaking (1953) vormen strijd, verzet en eenheidsstreven belangrijke thema’s. Tijdens WOII publiceerde Mok onder de pseudoniemen Hector Mantinga en Victor Langeweg. Voorts gebruikte hij als alloniem ook de naam van Jan Luyken.
Ook na de oorlog bleven opstand, verzet tegen de verschrikkingen van de oorlog en de zoektocht naar een nieuwe levensaanvaarding zijn poëzie bepalen. Maar ook liefde, gezinsleven en natuur zijn onderwerpen in Moks poëzie, zoals in Dwars door de zomer (1962). Behalve poëzie publiceerde Mok ook veel proza, zoals de sociale roman Dorp in de branding (1975), verhalen in Het feest van Hercules (1977) en novellen in De ondergrondse (1979) en Een mens van nergens (1987).
Moks laatste werk was weer poëzie. Met de bundels Altijd de aarde (1987) en Zomeravond (1988) beschreef Mok gevoelens van vergankelijkheid en ouderdom. Hij schreef ook voor kinderen, zoals de reeks verhalen over Dr. Kwekkeltee (vanaf 1962) en de bundel kleuterrijmen Rom bom bom! (1962). Als criticus werkte Mok voor Vrij Nederland, Algemeen Handelsblad en de Haagsche Courant. Daarnaast verzorgde hij een groot aantal vertalingen, o.m. van Jean-Paul Sartre, Pierre Teilhard de Chardin, Aldous Huxley en D.H. Lawrence.
In 1957 kreeg Mok de Poëzieprijs van de Gemeente Amsterdam voor zijn bundel Stormen en stilten en in 1958 de Prijs van de Stichting Kunstenaarsverzet 1942-1945. Zijn gehele oeuvre werd bekroond met de Henriëtte Roland Holstprijs 1962 en de Marianne Philipsprijs 1968.