Mathot, Lodewijk
Lodewijk Jan Mathot, Vlaams schrijver (Antwerpen 26.8.1830 – Antwerpen 5.7.1895). Mathot schreef ook onder de pseudoniemen L. van Ruckelingen, Lodewijk van Loenhout en Steven Lambrechts. Na voltooiing van zijn opleiding in Antwerpen nam hij het bedrijf van zijn vader over die strohoedenfabrikant was. Mathot was overtuigd katholiek en flamingant. Hij was een actief lid van culturele en literaire verenigingen in Vlaanderen, zoals het Davidsfonds, de Vlaamse Beweging en de Vlaamse Academie voor taal- en letterkunde (1886-1895). Als vertegenwoordiger van de Vlaamse Beweging werd hij lid van de Antwerpse gemeenteraad van 1863 tot 1872.
Onder het pseudoniem L. van Ruckelingen publiceerde hij Verhalen. Herinneringen aen myne Kempische reistogtjes (1855, 1856). In 1880 verschenen opnieuw verhalen in In de Kievit en Een Koning in de Kempen.
Daarnaast schreef Mathot vooral historische studies, waarvan er enkele een wat grotere bekendheid kregen, zoals De Vlaemsche Beweging. Bediedenis, doel, invloed, toekomst (1856), Over de Vlaemsche Belangen (1858) en Het ééne Nederland (1862). In dat laatste geschrift bepleitte hij een soort confederatie van Vlaanderen en Nederland als twee autonome provincies. In 1864 verscheen zijn vierdelige Geschiedenis der Oostenrijksche Nederlanden. Voorts schreef hij een Geschiedenis des vaderlands (1891) over de patriottentijd en een studie over België als deel van de Franse republiek in de jaren 1792-1799 onder de titel De troebele tijd (1889).