Lennart, Clare
Pseudoniem van Clara Helena van den Boogaard-Klaver, Nederlands roman- en verhalenschrijfster (Hattem 21.7.1899 – Utrecht 30.12.1972). Clare Lennart was enige tijd onderwijzeres (1918-1927) en daarna pensionhoudster. Daarnaast verrichtte ze journalistiek werk. Na 1954 leefde ze van haar schrijverschap. Aanvankelijk schreef ze verhalen voor de Haagsche Post, het Algemeen Dagblad, De Groene Amsterdammer en Groot Nederland. In 1935 verscheen haar eerste roman Avontuur, hoewel de roman Mallemolen (1935) eerder geschreven was. Daarop volgde een hele reeks romans, zoals De blauwe horizon (1936), Tooverlantaarn (1937), Huisjes van kaarten (1938) en Kasteel te huur (1948). Echt succesvol werd Clare Lennart pas vanaf 1949, het jaar waarin het door haar geschreven boekenweekgeschenk Twee negerpopjes verscheen. Vooral haar roman De ogen van Roosje (1957) werd in de kritiek lovend besproken.
Clare Lennart wordt doorgaans een echte vertelster genoemd. Voor dat vertellerschap putte ze uit haar eigen dagelijkse werkelijkheid, zoals in Huisjes van kaarten, Serenade uit de verte (1951) en Stad met de Rose Huizen (1954). Veel van haar verhalen en romans spelen in de streek waar ze opgroeide, het platteland van Gelderland. Later ook in haar woonplaats Utrecht. Het werk van Lennart is sterk romantisch en idealiserend, maar wordt daarin getemperd door de botsing tussen droom en werkelijkheid. Veel van haar personages zijn figuren die zich onttrekken aan de kleinburgerlijke moraal: kunstenaars, bohémiens, e.d.
Clare Lennart schreef ook veel kinderboeken, zoals Prinsesje Mimosa (1951), Kathinka uit de Kattesnorstraat (1957) en Kinderverhalen (1965). Voorts heeft ze zo’n dertig romans vertaald, onder anderen van Pearl Buck, Truman Capote, Charles Dickens en Dorothy Sayers.
Na 1965 heeft Lennart geen romans meer geschreven, maar begon ze nog wel aan een familiekroniek met herinneringen waarvan het eerste deel nog tijdens haar leven onder de titel Weleer (1971) verscheen. Het tweede deel werd voltooid door haar zuster, Eveline Klaver, en verscheen postuum als Weleer II (1976).
Clare Lennart vervulde tal van functies, onder meer bij de Tollens-vereniging, de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde en de PEN-club. Jan van Herpen verzorgde een uitgave van de briefwisseling tussen Clare Lennart en Dr. P.H. Ritter Jr. onder de titel Een zich over het leven verwonderende vrouw (2002).
Literatuur: BNTL; Kritisch lexicon; Oosthoek; WP-lexicon; F. Dommisse. Over Clare Lennart (1965); J. de Ceulaer, ‘Clare lennart: geen valse romantiek’, interview in: Te gast bij Nederlandse auteurs (1966), p. 75-80; E.H. Klaver. Claartje, mijn zusje. Over het leven en werk van Clare Lennart (1970); H. Edinga, ‘Clara H. van den Boogaard-Klaver (Clare Lennart)’, in: Jaarboek Mij Ned. Letterkunde te Leiden 1972-1973 (1974), p. 73-80; D. Verroen (red.). Herinneringen aan Clare Lennart (1975); Clare Lennart-nummer van Literatuur Magazine (1977) 25; M. de Waal, ‘De verbeelding is te dun, de werkelijkheid te stug. Over Clare Lennart’, in: M. Prinssen en L.Th. Vermij (red.). Schrijfsters in de jaren vijftig (1991), p. 102-111.
G.J. van Bork
[Herschreven, januari 2008]