Gezelle, Caesar
Vlaams dichter en prozaschrijver (Brugge 23.10.1875 - Moorsele 11.2.1939). Guido
Gezelle was een oom van hem en Stijn Streuvels een neef. Gezelle ontving de
priesterwijding in 1899. Hij was eerst leraar, daarna onderpastoor en rector te Ieper en later
te Moorsele. Voorts was hij redactielid van Dietsche Warande & Belfort en publiceerde in
Biekorf en Vlaanderen. Met onder anderen D. van Haute, A. Cuppens en A. Walgrave
behoorde hij tot een generatie priesterdichters die sterk onder invloed stonden van Guido
Gezelle.
Zijn proza is impressionistisch en oorspronkelijker van toon dan zijn gedichten. Het is
geschreven in de woordkunststijl van die periode, zoals bijvoorbeeld blijkt uit de bundel
schetsen Uit het leven der dieren (1908).
Over zijn oom schreef hij de biografie Guido Gezelle 1830-1899 (1918) en enkele studies,
zoals Zantekoorn van Guido Gezelle's dichtveld (1923) en Uit 't land en 't leven van Guido
Gezelle (1928).
Literatuur: Oosthoek; WP-lexicon; R. Buckinx, ‘Herinneringen aan Caesar
Gezelle’, in: Iepers Kwartier 4 (1968) 3, p. 73-81; Fr. de Vleeschouwer, ‘Ceasar
Gezelle’, in: VWS-Cahiers 5 (1970) 1; Lut Vanoverberghe en Willy Coolsaet, ‘Ceasar
Gezelle’, in: Van pastoors en andere vrome lieden te Moorsele (1989), p. 218-227; Willy
Muytaert, ‘Ceasar Gezelle (1875-1939) of “De centenaarslast van een grote
naam”’, in: E. de Jonghe (red.). Liber amicorum André Vanhoutryve (1990), p. 159-170; Stefan Brijs, ‘De last van een naam: Ceasar Gezelle (23-10-1875 - 11-2-1939)’,
in: De vergeethoek (2003), p. 74-80.
J. van Dyck en G.J. van Bork
[ingrijpend gewijzigd, februari 2005]