Freriks, Kester
Cornelis Christophel Maria Freriks, Nederlands prozaschrijver (Djakarta 24.10.1954).
Repatrieerde in 1957 naar Nederland. Studeerde Nederlandse taal- en letterkunde aan de
Universiteit van Amsterdam. Was acteur en vertaler bij het Handke/Weissgezelschap,
waarvoor hij in 1974 ook een klein toneelstuk schreef.
In 1978 debuteerde Freriks met verhalen in Hollands Maandblad, later gebundeld in
Grand
Hotel Lembang (1979). In deze verhalen maakt de auteur een reis naar zijn verleden, naar zijn
jeugd in Amsterdam, naar familie, vrienden en zijn vroegste geliefdes. Die herinneringen
blijken echter steeds de gangmakers van de fantasie.
In de roman
Hölderlins toren (1981) blijkt de hoofdpersoon in de ban geraakt van de Duitse
romantische dichter Hölderlin en diens tragische, door waanzin verduisterde einde, en ook
van de Griekse filosoof Empedocles uit de vijfde eeuw voor Christus. Van hen leert hij dat de
tegenstellingen tussen leven en dood zijn op te heffen in een hogere harmonie, waarin de tijd
blijkt te zijn opgeheven.
Beide werken kunnen beschouwd worden als een soort Bildungsromans. Freriks preoccupatie
met Hölderlin resulteerde voorts in een vertaling en uitgave met een nawoord van Hölderlins
brieven in
Onder een ijzeren hemel (1990). In
De palmen van Amsterdam (1993) werd Freriks
briefwisseling met bevriend auteur Geerten Meijsing uit de jaren 1986-1989 gepubliceerd. De
titel van deze correspondentie werd ontleend aan een brief van Hölderlin.
Voor Hölderlins toren (1981) kreeg Freriks de Lucy B. en C.W. van der Hoogtprijs. Sinds
1981 is Freriks medewerker voor toneel en literatuur van NRC Handelsblad.
Literatuur: Kritisch lexicon; Oosthoek; WP-lexicon; J.J. Wesselo, ‘Het ik en de
vorm’, in: Nieuw Vlaams Tijdschrift 35 (1982) 6, p. 1044-1051; M. Käss, ‘Kester
Freriks in Tübingen’, in: Literama 18 (1983) 2, p. 69-81; F. de Rover, ‘Decadentie bij
jonge Nederlandse schrijvers?’, in: Ons Erfdeel 26 (1983) 5, p. 481-490; L. Bohlmeijer,
‘Kritiek is de golfslag van je eigen gemoed’, interview in: Toneel theatraal 112 (1991)
3, p. 30-33; H. Bousset, ‘Verre lusten’, in: De gulden snede (1993), p. 244-249.
G.J. van Bork
[nieuw, februari 2004]