Woude, Johan van der
Nederlands romanschrijver (Groningen 6.1.1906-Velp
7.2.1979). Aanvankelijk werkzaam in het bedrijfsleven; onderhield contacten met
Groningse kunstenaarskringen. Occupeerde zich later vnl. met literatuur,
geschiedenis en journalistieke arbeid. Was redacteur van De Vrije
Bladen, als cahier waarvan hij in 1933 zijn eerste werk publiceerde, de
novelle Ondergang.
Behalve novellen en romans, waarvan vooral Blauwbaard
en Octopus (1938) bekendheid verwierf, schreef hij biografische essays,
o.a. over Belle van Zuylen (1934) en J.P. Coen (Coen, consequent
koopman, 1937, en Coen, koopman van de Heren Zeventien, 1948).
Enkele meer populaire romans verschenen onder het ps. J.C. Falke, zoals Een
groene lantaren (1957) en Bodega-rapsodie (1961). Illegaal
verschenen de Zeven brieven onder de naam Martijn Cort.
Zijn beste werk wordt gekenmerkt door een naar het
romantische neigende fantasie en een subtiele schrijftrant.