Wilderode, Anton van
Ps. van Cyriel Paul Coupé, Vlaams dichter en
essayist (Moerbeke-Waas 28.6.1918). Werd priester in 1944. Studeerde klassieke
letteren te Leuven, waarna hij in 1946 leraar werd te Sint-Niklaas. Was
redacteur van Dietsche Warande & Belfort sinds 1947. Doctor honoris
causa in de wijsbegeerte en letteren van de katholieke universiteit van
Leuven.
Na zijn debuut, De moerbeitoppen ruisten (1943),
volgden nog de bundels Herinnering en gezang (1946), Najaar van
Hellas (1947), Het land der mensen (1952) en Het herdertje van
Pest (1957), een berijmd verhaal over de Hongaarse opstand. Deze
poëzie is geschreven in traditionele versvorm en romantische toonaard. Van
Wilderode verzorgde een groot aantal bewerkingen van teksten voor televisie en
maakte voor dit medium tal van poëzieprogramma's.
Hij publiceerde verder monografieën over Filip de
Pillecyn (1960) en André Demedts (1965), alsook metrische vertalingen
van Vergilius' Aeneis (1962) en Bucolica (1971). Een bekende
bloemlezing werd De dubbelfluit 1 en 2 (1968), aangevuld met
tekstverklaring en commentaar en bedoeld voor het onderwijs. In 1971 volgde
Dierbare poëzie, een bloemlezing over dieren, en Het groot
jaargetijdenboek, waarin voor iedere dag van het jaar een passend gedicht