Sluiter, Willem
Ook Wilhelm Sluyter, Noordnederlands dichter (Neede
22.3.1627-Zwolle dec. 1673). Studeerde theologie te Utrecht, o.a. bij Voetius;
predikant te Eibergen in juli 1653. Debuteerde als dichter met Psalmen,
lof-sangen, ende geestelike liedekens (1661). Vanwege de bezetting van
Eibergen door de Munsterse bisschop Bernhard van Galen vluchtte hij in 1665
naar veiliger streken; keerde mei 1666 terug, maar ging zes jaar later opnieuw
in ballingschap vanwege een nieuwe bezetting door de Munstersen. Werd in 1673
beroepen te Rouveen, maar het is niet zeker of hij in die gemeente zijn intrede
heeft gedaan. Wel heet hij op het titelblad van zijn Jeremia's
klaeg-liederen (16823): `Herder van Jesus gemeente te Rouveen'.
In 1778 voorzag J. Wessing Wz. zijn uitgave van Alle de werken van
Sluiter van een korte `Levensbeschrijving' van de dichter, in 1777 samengesteld
door diens klein- en achterkleinkinderen.
De poëzie van de ingetogen, vrome en de eenzaamheid
minnende dorpspredikant, om zijn eenvoud van taal en zijn didactische
bedoelingen wel `de Gelderse Cats' genoemd, is typisch het werk van een
`poëta minor'. Hij was zich zelf daarvan ook bewust en zag bijv. hoog op
tegen het dichterschap van zijn vriend Johannes Vollenhove. Hij toont weinig
zelfstandige verbeeldingskracht; in zijn psalmen e.a. berijmde bijbelgedeelten
leunt hij nog sterker tegen de bijbeltekst aan dan Marnix.
Zijn `vrije' gezangen vormen een
calvinistisch-piëtistische voortzetting van de doperse Schriftuurlijke
liedekens; door hun eenvoud zijn zij goed zingbaar en als volksdichter
heeft Sluiter dan ook zeker betekenis gehad. Het enige werkje met wat meer
literaire pretenties is Buiten-leven, in eerste aanleg geschreven
omstreeks 1660. Het Eensaem huis- en winter-leven, sedert 1680 altijd
samen met Buiten-leven uitgegeven onder de titel Buiten-eensaem
huis-somer- en winter-leven, is een gemoedelijk beschrijvend gedicht.
Sluiter idealiseert het landleven niet, zoals in de pastorale
renaissanceliteratuur vaak gebeurde; hij geeft een min of meer realistische
schildering, vol moralistische bespiegelingen, `pastoraal', maar dan in de zin
van stichtelijk-didactisch.
Het imago van de eenzame buitenman cultiveerde hij als
een literair spel: hij had veel vrienden, ontving veel bezoek en werkte ijverig
in zijn uitgestrekte gemeente. De door hem geschreven W. Sluyters lijkreden,
aen de gemeinte J.C. t'Eibergen (z.j.) werd na zijn dood uitgegeven.
In de 18de eeuw werd zijn werk zeer populair; volumineuze
verzamelbundels verschenen van 1687 tot 1861 onder titels als De werken
of Alle de werken. Blokland telt meer dan 150 drukken van de
afzonderlijke werken, vnl. uit de 18de eeuw.