De Nederlandse en Vlaamse auteurs

[p. 445]

Persyn, Julius

Vlaams criticus en literair-historicus (Wachtebeke 20.4.1878-Broechem 10.10.1933). Studeerde filosofie te Rome en germanistiek te Leuven. Was docent aan de Katholieke Vlaamse Hogeschool voor Vrouwen en de Handelshogeschool te Antwerpen en hoogleraar algemene en Nederlandse literatuurgeschiedenis te Gent (1911-1914, 1925-1933). Lid van de Koninklijke Vlaamse Academie (1912).

Door zijn leiding van Dietsche Warande & Belfort (1905-1933), door zijn gezagvol onderwijs, geschraagd door een neoscholastieke vorming, enorme eruditie, brede internationale visie en principiële katholieke overtuiging, door de bezieling ook van zijn geschreven en gesproken woord, oefende hij diepgaande invloed uit op een hele generatie katholieke intellectuelen. Persyn liet een uitgebreid, doch ongelijk oeuvre na, waarin naast geschriften over literaire esthetica (o.a. Kiezen, smaken en schrijven, 1907; Over letterkunde, 4 dln. 1907-1919) en monumentale schrijversbiografieën (o.a. Dr. Schaepman, 3 dln. 1912-1927), de talloze bundels vaak vulgariserende essayistiek (bijv. Gedenkdagen, 2 dln. 1927) en kritiek opvallen.

Werken:

Kritisch kleingoed, 2 dln. (1910-1914); L. van Deyssel, O.K. de Laey (1910); A Glance at the Soul of the Low Countries (1916, Nederl. vert. 1936); Aesthetische verantwoordingen (1925); A. Snieders en zijn tijd, 3 dln. (1925-1926); Hendrik Ibsen, 2 dln. (1928-1929); A. Steenhoff-Smulders en M. Koenen (1931); Studiën en lezingen, 2 dln. (1931-1932).

Literatuur:

Prof.Dr. J.P. 1878-1928: Gedenkboek (1928); Dietsche Warande & Belfort (april 1928), speciaal P.-nummer; M. Boey, Dr. J.P., zijn leven, zijn werk (1939); J. Persyn, De wording van het tijdschrift `Dietsche Warande & Belfort' en zijn ontwikkeling onder de redactie van E. Vliegbergh en J.P. (1963); A. Westerlinck, in Wandelen al peinzend (1965); F. Baur, in Scripta minora (1969); Prof.Dr. J.P. 1878-1978 (1978); J. Brouwers, De laatste deur (1983).

[W. Gobbers]