Man, Herman de
Oorspr. ps. van Salomon Herman Hamburger, sedert sept.
1943 officieel Salomon Herman de Man, Nederlands schrijver (Woerden
11.7.1898-Schiphol 14.11.1946 [vliegtuigongeluk]). Aanvankelijk werkzaam als
koopman, daarna journalist en onafhankelijk schrijver. In 1927 van het joodse
geloof overgegaan naar het katholicisme. Ontkwam tijdens wo ii naar Engeland;
kort daarop leider van de radio-omroep Curaçao.
Schreef vnl. regionale romans en novellen. Zijn meeste
werken spelen zich af onder de streng calvinistische boerenbevolking van de
Lopiker- en Krimpenerwaard en in de wereld van de binnenscheepvaart op en langs
de rivieren. Een goed beeld van het door strenge tradities bepaalde boerenleven
gaf hij in de noodlotsroman Rijshout en rozen (1924). Zijn bekendste
werk werd het met de Van der Hoogtprijs bekroonde boek Het wassende
water (1925), waarin de jonge boer Gieljan Beijen zichzelf wordt als hij is
losgekomen van de tirannieke druk van zijn moeder; hij klimt op tot heemraad,
gedraagt zich heldhaftig bij een watersnood en eindigt zijn dagen in berusting,
maar gekweld door religieuze problemen.
In latere jaren liet de auteur zich door zijn gemakkelijk
succes tot veelschrijverij verleiden; afkerig van alle moderne literaire
stromingen bleef hij trouw aan zijn genre. Ondanks de vaak onwezenlijke
braafheid van zijn hoofdfiguren en de al te dik aangezette situaties was hij
een onderhoudend verteller, die in zijn beste ogenblikken nog tot een
behoorlijk niveau wist te komen. Hoewel zijn figuren met religieuze problemen
geconfronteerd worden, blijkt zijn katholieke voorkeur het duidelijkst uit de
roman Maria en haar timmerman (1932).