De Nederlandse en Vlaamse auteurs
(1985)–G.J. van Bork, P.J. Verkruijsse– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 359]
| |
digd verlicht-vaderlandse geest te onderrichten. Beoefende vrijwel alle literaire genres: schreef patriottische heldendichten (o.a. op De Ruyter), historische drama's, romans in dialoogvorm, herdersromans, arcadia's over Hollandse landstreken en briefromans in de geest van Richardson. Richtte in 1788 het weekblad Algemeene Konst- en Letterbode op. Zijn Histoire van Mej. Susanna Bronkhorst (6 dln., 1806-1807), een te duidelijke navolging van Sara Burgerhart, is zijn bekendste en meest gelezen werk. Het leven van Maurits Lijnslager (4 dln.), beschouwd als de eerste Nederlandse aanloop tot de historische roman, verscheen in 1808, nog voor Walter Scott zijn romans publiceerde. De Gouden Eeuw wordt daarin bewust geïdealiseerd; tijdens de Franse inlijving mocht het niet herdrukt worden. Het vrouwelijke pendant is Het leven van Hillegonda Buisman (4 dln., 1814). Loosjes' grote invloed op zijn tijdgenoten wordt minder verklaard door zijn artistieke kwaliteiten dan door zijn opmerkelijke persoonlijkheid. | |
Werken:Menalkas of deugd boven vernuft (1780); Capellen tot den Poll (1785), t.; Joseph (1786), p.; Frank van Borselen en Jacoba van Beyeren (1790, 18163), t.; Tooneeloefeningen, 4 dln. (1790-1793); Hollands Arkadia (1804-1805); Zedelijke verhaalen (1805, 18152); De laatste zeetogt van den Admiraal de Ruiter, 12 dln. (1812-1814); Mengeldichten, 2 dln. (1813-1815). | |
Uitgaven:Nagelaten gedichten, 2 dln. (1819-1820); Al de dramatische werken (1844). | |
Literatuur:J. Koopmans, `Van A.L. tot Bosboom-Toussaint', in Letterk. studiën over de negentiende eeuw (1931); M.H. de Haan, A.L. (1934); A. van Duinkerken, Het tweede plan (1945); W. Drop, in Verbeelding en historie (1959).
[W. Gobbers en G.W. Huygens] |
|