Noordnederlands toneelschrijver (2de helft 16de eeuw).
Factor van de Haarlemse rederijkerskamer `De Wyngaertranken', in welke functie
hij een groot aantal spelen vervaardigde waaruit een sterk sociaal gevoel
spreekt. Hij is tegen oorlog en verafschuwt profiteurs en godsdiensttwisten, al
toont hij zich in zijn zinnespelen anti-katholiek. Hij heeft de meeste
bekendheid gekregen met zijn klucht Van onse lieven Heers minnevaer
(1583).
Werken:
Van meest al die om pays roepen (1559); Van 't coren
(1565); Sacharias ende die geboorte Johannis (1578); Hoe Christus sit
onder die leeraers (1606); Van die sayer, die goey saet in sijn acker
sayde; Hoe mennich goed hart verlangt nae trycke Godts.
Literatuur:
H.E. van Gelder, `Satiren der 16e eeuwsche kleine burgerij', in
Oud-Holland, 29 (1911); R. Pennink, `De rederijker Louris Jansz', in
Idem, 30 (1912); N. van der Laan, Noordnederlandsche
rederijkersspelen (1941); J.J. Mak, Vier excellente kluchten (1950),
met bibl.
Auteursrechtelijk beschermd