Roepnaam voor de veronderstelde dichteres van geestelijke
liederen (15de eeuw), overgeleverd in twee hss. uit ca 1470, waarin ook
prozagedeelten voorkomen. Deze dichteres zou geleefd hebben in het klooster van
Gansoirde te Amsterdam. Tegenwoordig wordt echter betwijfeld of de betreffende
liederen wel toe te schrijven zijn aan één persoon.
Uitgave:
P.F.J. Obbema, in Jaarboek Mij Nederl. Letterk. 1969-1972
(1971).
Literatuur:
J.A.N. Knuttel, Het geestelijk lied in de Nederlanden
vóór de Kerkhervorming (1906); P.F.J. Obbema, `Het einde van
de zuster van Gansoirde', in Nieuwe Taalg., 65 (1972).