Alstein
Eig. Marc van Alstein, Vlaams dichter, prozaschrijver en
criticus (Wilrijk, Antwerpen, 18.3.1947). Studeerde enige tijd germanistiek,
ging echter al vroeg schrijven en leeft sindsdien van zijn pen. Alsteins
officiële debuut is De tijd der tijdelozen (1968), een
gedichtenbundel in de reeks De Bladen voor de Poëzie. Al direct blijkt hem
vooral één thema te beheersen: de mens tracht te overleven door
zich, na aanvankelijk verzet tegen de maatschappij, aan te passen aan de
burgerlijke normen en waarden om zo te vluchten door zich als het ware anoniem
te maken. Het meest sprekend en het best uitgewerkt is deze thematiek in de
psychologische roman Liebrecht of de geruisloosheid van de bourgeoisie
(1978). Ook in een eerdere roman, De opstand (1975), speelt deze
thematiek een rol tegen de achtergrond van de democratiseringsgolf van de
zestiger jaren, die hij verpakt in een historisch verhaal dat speelt in het
hellenistische Griekenland. Steeds sterker weet Alstein deze problematiek te
ironiseren, vooral in de subtiele verhalen van Een stel voorname heren
(1982).
In 1970 had hij inmiddels het literaire tijdschrift de
Witte Bladen opgericht. Hierin en in de tijdschriften Argus en
Kreatief werpt hij zich op als criticus van en voor wat hijzelf de
`stille generatie jonge Vlaamse prozaïsten' heeft genoemd, een generatie
die zonder aan de weg te timmeren werkt aan een oeuvre waarin verinnerlijking
en subjectivering een belangrijke rol spelen. Alstein is als vast recensent
verbonden aan het weekblad De Nieuwe en is sinds 1982 hoofdredacteur van
Argus.