Jade, jaspis en de jitterbug. Wijsheid en schoonheid uit het leven van baron Van Stralen op rijm (onder pseudoniem Ton Ven)(1964)–F. Bordewijk– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 52] [p. 52] Zuinig huisman Blanche was heel rijk. Haar man bestierde echter haar vermoge' en zij ontving uit de rente van die aterling nog geen veertigste, laat staan een vierde. Zeekre keer liet 't schone oog zij vallen op een vreemde steen, een bezoar, achter 't schouwraam van een antikwaar, ook al viel niet met de prijs te mallen. Vurig wensend dit kleinood te werven (want, o vrouw, uw naam is ijdelheid, zo niet Adelheid) nam zij beleid in 't begin in acht, maar kon wel sterven toen hij weigren bleef. ‘Die bezoar koop hem, koop hem dan toch,’ riep ze heftig. En zijn antwoord afgemeten deftig: ‘Vrouw, ik heb daartegen bezoar.’ Vorige Volgende