Journael ofte gedenckwaerdige beschrijvinghe van de Oost-Indische reijse
(1915)–Willem Ysbrantsz. Bontekoe– Auteursrecht onbekend
[pagina 19]
| |
Sonnet.Op de beschrijvinghe van de ghedenckweerdighe Oost-Indische reyse van den vermaerden schipper Willem Ysbrantsz. Bontekoe.Wanneer men somtijdts hoort verhalen wonder saecken,
Elck luystert met opmerck en 't klinckt ons vreemt in 't oor,
Doch twijffelingh verselt dickwils het goedt gehoor
Door dien des waerheydts glants gespaert werdt veel te vaecken;
Maer hier is d' eygen man, die selfs dit boeck gaet maecken,
En wat hem is gebeurt stelt hy hier klaerlijck voor,
Hoe Godt hem heeft bewaert, hoe hy sijn schip verloor,
Verbrande, vloogh omhoogh, door 't kruydt, met yslijck kraken.
Koopt, siet en leest dit boeck, wat p'rijckel, tegenspoedt
Dees schipper op sijn reys soo dickwils is ontmoet,
Eer hy sijn Vaderlandt met lief mochte aenschouwen,
Hoe hy als Elias ghespijst is en gevoedt,
Hoe wonderbaer dat Godt op 't onvoorsienst behoedt,
Sijn goedigheydt bewijst al die op hem betrouwen,
Laet dit u spiegel zijn die d' Oceaen moet bouwen.
I.B. BERCKHOUT.Ga naar voetnoot1)
De waerheydt boven.
|
|