Een bonte vlucht(1911)–S. Bonn– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 61] [p. 61] De muzikant. Hoe zingt zijn fluit door 't stille land hoe tikkelt en hoe danst de hand pfu! pfu! la! la! lala! lala! lala! Zijn mondje tuit en plooit en rilt zijn neusje blaast en hijgt en trilt, zijn bloote voeten treden snel, zijn oog dat straalt en blinkt zoo hel. Zijn schouders wiegen dansemaat hij deint en wiegelt hoe hij gaat. en van zijn zongebrande kop dansen de gouden krullen op. ............... [pagina 62] [p. 62] Een stille boot glijdt langs hem voort door 't water, dottergoud geboord, waden zachtwit en hemelblauw floersen de dijk en wei en 'douw: Ruischloos en stil zinkt 'om, de nacht. De jongen fluit uit alle macht pfu! pfu! la! la! lala! lala! lala! Vorige Volgende