Prinsen van zijn huis, en deze ontbrekende, uit de inboorlingen. De minderjarigheid des Konings eindigt, wanneer hij volle achtien jaren bereikt heeft.
5o. Het weduwegeld der Koningin zal bij haar huwelijksgoed bepaald worden. Voor ditmaal is hetzelve bepaald op 250,000 guldens 's jaars, welke uit de Romeinen der kroon zullen worden gevonden. Na aftrek van dit gedeelte, zal de helft van de overgeblevene inkomsten der kroon tot goedmaking der onkosten van het huis des minderjarigen Konings dienen, en de wederhelft tot de uitgaven van het regentschap gebruikt worden.
6o. De Koning van Holland zal voor altoos grootwaardigheid bekleeder des Rijks, onder den titel van Connétable, zijn. De pligten, aan deze waardigheid verknocht, zullen nogtans, met goedkeuring van den Keizer der Franschen, kunnen worden waargenomen, door eenen Prins Vice-Connétable, indien hij noodig mogt achten zulk eene waardigheid in te voeren.
7o. De Leden der regerende familie in Holland, blijven voor hunne personen onderworpen aan de bepalingen van het Constitutioneel Statut, van 30 Maart laatstleden, de wet voor de Keizerlijke familie van Frankrijk uitmakende.
8o. De ambten en bedieningen van den Staat, uitgenomen die, welke tot den persoonlijken dienst des Konings behooren, kunnen alleen aan nationalen worden opgedragen.
9o. De wapens des Konings zullen de oude wapens van Holland zijn, gevierendeeld door den