Delfs Cupidoos schighje
(1652)–Arnold Bon– Auteursrechtvrij
[pagina 165]
| |
Stem: Petit Royal.VErdwaalde zinnen, die u Min
Op 't lonken van twee oogen,
Zonder mededoogen,
Stelt van u Godin.
Gy die u gedachten
Boeit in slaverny;
En van malle klachten
| |
[pagina 166]
| |
Nimmer zat, of vry,
Betreurt u vryery.
2. Ontwaak met wakkerer gelaet:
En bryzel al de banden
Van die hart en handen
In haar boeien slaat.
Want die Flonker-starren,
Die in 't voorhooft staan,
U verstant verwarren.
Om verdwaalde paân
Onveilig in te slaan.
3. Zy leiden u door wegen heen,
Daar eeuwig naare nachten,
Eenzaem-heen en klachten,
Treurig heenen treen.
Daar noit Helder keeltje
|
|