Delfs Cupidoos schighje(1652)–Arnold Bon– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 153] [p. 153] [Goddin ghy die beheerst mijn gantsche leven] Stem: Alst begint. GOddin ghy die beheerst mijn gantsche leven, Goddin ghy kent voor smert mijn blijdschap geven, VVaerom dan pijn? VVaerom dan &c. VVaerom &c. Vol doodelijck fenijn. 2. Ghy toont mijn wel u Hair en glinster loncken, Maer hout u vriendelijckheyt voor mijn verdroncken, V stralent licht Meer vlammen sticht: [pagina 154] [p. 154] V stralent licht Steets met mijn Geesjen vicht. 3. Voogdes wanneer ick gae ter plaets om rusten Noyt kan mijn droeve Geest door droom verlusten, Maer schrey en waeck, Vol pijn en vaeck, Maer schrey en waeck, Is dit dan u vermaeck. 4. Soo komt dan Wreede komt en wilt mijn rucken, En scheyrt dit droevigh lijf aen hondert stucken, 'k En vrees geen Doot, Noch Garons Boot, Maer 'k roep de Doot, Tot eynde van de noot. Bon: is altijt goet. Vorige Volgende