| |
| |
| |
Opdragt
MYN HEEREN,
HOe de Kunsten en Wetenschappen aan alle Natien en Volkeren in haar eige Moedertaal meer openbaar werden, hoe dat de liefde en yver vuuriger word, om die meerder te polysten, met nieuwe uitvindingen te vergrooten, en tot nut van 't gantsche Menschelyk geslagt tot de hoogste toppunt van Glorie te doen steigeren. Om deze reden hebben de grootste Vorsten Boeken van Wysheid, die by vreemde Natien in haar eige Landtaal waaren beschreven, als de dierbaarste schatten, niet alleen tot een Cieraad in hun Bibliotheeken geplaast, maar zelfs als Voesterheeren van Geleerdheid dikmaals met zwaare onkosten in de gemeene Ryks-taal doen vertolken. Ptolomaeus Philadelphus, een magtig dog te gelyk een Geleerd Koning van AEgyptenland 280 jaren voor Christus, 3720. van de Scheppingh, door Demetrius Phaleréus berigt werdende, dat de Jooden een Boek van Goddelyke Wysheid bezaten, in haar
| |
| |
taal beschreven, en onder niemand anders als onder deze Natie beruste, ruste niet, voor dat, na groote vereeringen aan den Hoge-Priester Eleazar gedaan hebbende, aan hem gezonden wierden zes geleerde Joden uit elk een Stamme, die dat Boek in de Grieksche Taal, (zynde die door de Monarchale overwinning van Alexander de Groote, de gemeene taal van alle Volkeren,) in 72 dagen overgezet hadden, gevende aan elk een Overzetter drie Talenten, gelyk men daar van breeder leezen kan in de Joodsche Babylonische Thalmud, by de Rabbynen, Aben Esra, Maimonides, Gans, Josephus, en by de Oudvaderen Tertullianus, Origenes, Eusebius, Athanasius, Cyrillus, Epiphanius, Chrysostomus, Hieronymus, Augustinus &c. De Grieksche Wysgeeren reizende na AEgyptenland, Phoenicien, Syrien, Persien &c. om de verborgentheeden der Wysheid te hooren, en te leeren, misgunde die niet haare Landsgenooten, maar openbaarde de zelve aan de Grieken in hun Moedertaal. De Hieroglyphica Horapollinis, de Oratie van de AEgyptenaars tot de Zon, de Allegorien, en Beeldspraken der AEgyptenaren, van de AEgyptische Priester Epeis, de verborgentheden der AEgyptenaaren, 't AE- | |
| |
gyptisch Boek Mazuri van de Medicynen, zyn vertaald in 't Grieks van Philippus, Euphantus, Arius Heracleopolita, Jamblichus, Johannes Ducas. De Phoeniciaanse Historien van Sanchoniathon de Beryter door Philo Biblius, de merkwaardige gevallen der Phoenicensers van Theodotus, Hypsicrates, en Mochus, door Chaetus. Door Ibam is in 't Syrisch vertolkt Diodorus Tarsensis, en weder verscheide werken van Aristoteles zyn uit 't Grieks in 't Syrisch vertaald. De gedenkstukken der Persiaansche Koningen, en de merkwaardige voorvallen in de Persiaansche Archiven beschreven, zyn Vertaald door Sergius. Verscheide Arabische Boeken in groote getallen zyn overgezet in 't Latyn, Grieks, Rabynsch; geen Natie is 'er geweest, of heeft haar glorie gesteld, ja meerder in 't vertolken van anderen, als geplunderde zaaken voor zyne uitvindinge op te geven.
De Romeinen, die lange tyd met 't bloed van overwonnen Volkeren, geduurig door 't geklank der Wapenen, en vuurvlammen van verwoestingen, hun Monarchy groot maakten, beschouwende de Wetenschappen van de Wyze Grieken als steunzels, en sterke zuilen van 't gemeene best, deeden alle moeiten en onkosten om die binnen Ro- | |
| |
men te vestigen, en aan te kweken. Alhoewel de bloeddorstige Sulla als Romeinsche Veld-Overste Athenen, de zetel en kweekgrond van alle geleerdheid, door vuur en zwaard verdelgde, en in 't midden van 't bloed der verslagenen stond, droeg hy nogtans zorge, dat Aristotelis geleerde werken niet door de vlam des Oorlogs verslonden wierden, maar als de grootste schat van wysheid ter onderwyzing van 't Romeinsche Volk wierd aangeboden. De Groote Pompejus, na dat hy de grootste Vyand Mithridates, die veertig Jaaren met de kloekmoedigste Veldheeren van de Roomsche Oppermogentheid zeer streng en loos geoorlogd, had overwonnen, zo agte hy onder al de kostelyke buit van deze groote en schrandere Vorst, niets dierbaarder als de Boeken over de Geneeskunde zelfs met zyn Koninglyke hand beschreven, en geboodten eersten aan Lenaeus, zyn vrygelatene, om die zonder vertoeven op 't aldernaukeurigste over te zetten tot nut van 't Romeinsche Volk. De regte Arabiers hebben andere Natien in schranderheid, en wezentlyke geleerdheid overtroffen, blyken niet alleen daar van gegeven in de geleerdste Boeken van Regtsgeleerdheid, Wysbegeerte, Geneeskunde Oeffeningen van alle
| |
| |
kunsten en wetenschappen, onder haar in haar Bibliotheeken nog berustende, maar zo 'er by andere Natien en Volkeren eenige Boeken waaren, die een bondige Geleerdheid en Wysheid begrepen, hebben nog moeite nog onkosten ontzien om die in de Arabische Taal tot nut van hunne Landsgenoten over te zetten. Een meenigte van Grieksche Schryvers, ja de meeste Auteurs van de Grieken en Romeinen, (om de AEgyptenaars en Chaldeërs voorby te gaan,) zyn in de Arabische Taale overgebragt, als Aristoteles, Plato, Ptolomaei Almagestus, Alexander Aphrodisaeus, Themistius, Nicolaus Damascenus, Cebes, Ammonius, Simplicius, Philoponus, AEsopus, de Versen van Pythagoras, Cato, Phocylides, de boeken van Apollonius Pergaeus, Theodosius Tripolita, Euclides, Pappus Alexandrinus, &c. Zelfs de Oudvaders, en anderen als Clemens Alexandrinus, Eusebius, Chrysostomus, Basilius, Diodorus Tarsensis, Theodorus Mopsuestenus, Boëthius &c. Worden in de Bibliotheken der Africanen in 't Arabisch gevonden. Ja men heeft zelfs aldaar Schryvers volkomender als wy hebben, gelyk eenige Boeken van T. Livius, die ons ontbreeken, hebben de Arabiers onder alle verwoestingen geheel behouden. Buiten die
| |
| |
zyn veelen anderen, gelyk zulks genoegzaam hebben aangetoond, Golius, Erpenius, Clenardus, Postellus, Scaliger, Ravius, Guilielmus Malmesburiensis, Zellerus, Huetius, Hottingerus &c. Dit hebben deze vermaarde Mannen bewoogen te zeggen, dat indien by ons der Grieken Wetenschappen waaren ondergegaan, die uit de Arabische Schryvers hersteld zoude konnen werden, gelyk in de voorgaande Eeuw, eer de Grieksche Letteren bloeiden, niet weinig Grieksche Schryvers uit de Arabische Taale zyn in de Latynsche overgebragt, en verbeterd na herstelling der Grieksche Letteren. Dog nadien de omtrek van myn beezigheid en doelwit van myn Provincie niet verder als binnen de Grenssen der Geneeskunde beslooten is, zo moet ik U Ed. alleen openen, dat onder alle Volkeren en Natien, die zich uitmuntend voor de geheele Waereld onderscheiden, en verklaard hebbe voor de Geneeskunde; 't zyn de Arabiers geweest, gelyk wy zulks toonen zullen in een Boek van de Geneeskunde der Oostersche Volkeren, van ons reeds gereed en bereid der Drukpersse. Om in de grond Geneeskunde magtig te worden, zo hebben de Arabische Princen en Vorsten niet alleen over de dertig Academien gestigt, als in
| |
| |
Constantinopolen, Fes, Marocco Septa, Hubedda, Oranga, Bugia, Constantina, Tunis, Tripolis, Teleus, Necao, Silgel, Messa, Alexandria, Alcahira &c. Ja zwaare Bibliotheken van duizende van Boeken, Handschriften, by wien na 't verhaal der Reizigers, die van Europa niet zyn te vergelyken, uit alle hoeken en Oorden van de Waereld met zwaare kosten by een gezogt, en daar by de schranderste Mannen van 't doordringenste oordeel met voortreffelyke belooningen daar in geplaast, als eerkronen van hunne Heerschappyen, en decora suggestuum op haare Hooge Schoolen, om duizende van Leerlingen te onderwyzen, maar voornamentlyk omgezien na Taalkundige; als Abn. Naema, Ibn-Batrik, Abu-Ali, Ibn-Zora, Jahia Ibn-Ada, Abu-Zacharias, Abu-Scharmatai, Matthai-Abn-Baschar, Abu-Zeidai, Abul-Phergi, Abraham Abdalla, Abul-Giaphari, Abdol Masihi, Abi-Rauhi,enz. Door deze als andere zyn de voornaemste Geneeskundige Boeken als van Hippocrates, Galenus, Aretaeus Cappadox, Dioscorides, Paulus AEgineta, Celsus &c. op 't aldernaeukeurigste vertaald, Ja zelfs hebben de Arabiers volgens de zeekere gelegde gronden der Mechanica, arbeidzaame proefneemingen in de Chemie, oplettende be- | |
| |
schouwingen der Kruiden, onderscheiden aanmerkingen in de Ontleediging, de Geneeskunde opgebouwt. Muhamed Abuwalid, Ben Schechina, verhaald van de Zoonen van Monghem, dat zy gelyk eertyds Almanzor op haare kosten hielden Taalmannen, als Honan, de Zoone Isaacs, en Honain, de Zoone Hasens, en Thabet, de Zoone van Korrha; en nog anderen, dewelke zy gaven, ieder Maand, aan elk 500 Denarien, voor de overzetting en andere noodzakelykheden. Nog tot deze huidige dag zyn in Constantinopolen, Alexandrien, Cairo, Fes, Marocco, Tunis, Tripoli &c. voornamentlyk te Constantinopolen, Overzetters, die uit de Schatkist van 't gemeen of van de Vorst betaald werden, welke, zo 'er een Boek, dat Geleerd en verstandig is, onder de Christenen word gevonden, moeten overzetten in de Arabische Taal, de algemeene Taal van de Ryken van Turkyen, Persien, Indostan, Africa &c.
En wat is nodig dit te bevestigen, zo U Ed. alleen maar agt geeft op 't geen van die verheven Arabische Phoenix, de grootste Oostersche Taalkundige van gantsch Europa, de Heer A. Schultens, in zyn welspreekende Lykreede over de Groote Herman Boerhaave, (door zyn Geleerde Zoon de Heer
| |
| |
JanJacobSchultens naeuwkeurig overgezet,) word aangemerkt, aangaande de Vertaling van dit werk in de Arabische Taal van de Musti, of Opper-Priester van 't onzagchelyke Ryk der Musulmannen: Deze heldere brandende fakkel, namentlyk de groote Boerhaave, heeft niet alleen Europa, van 't begin dezer loopende Eeuw verligt, maar heeft zelfs haare straalen tot in de Oostersche gewesten doorgedrongen, en 't Ottomannisch Ryk met verwondering doen opzien na Boerhaavens naam, in welk onder 't Hoogweerdig gezach en arbeid zelfs van de Opper-Priester de Mufti zyn onderwyzingen in de Geneeskunst te gelyk met de korte stellingen over de ziekten, fraay en zinlyk in de Arabische Taal overgezet, en ter Constantinopolitaansche Drukpersse vervaardigd. Voor vyf jaaren heb ik eenige stukken dezer Vertaaling uit Constantinopolen den Heer Boerhaave overgezonden, getoest, en bevonden getrouwelyk met 't oorspronkelyke over een te koomen. Is dan de Vertaling van een doorwrogt geleerd werk altoos by alle Natien en Volkeren roemweerdig geweest, en zyn in de Overzetting van dit boek ons daar in voorgegaan Arabiers, Fransen, Engelsen en Duitzers? Zo kan niemand dit voor
| |
| |
voor een euveldaad rekenen, dat ik dit kostelyk Pronkjuweel van Geleerdheid, na welk al lang verlangd is, aan de Nederlanders mededeele, want na Plato zyn wy niet voor ons zelve, nog moeten 't algemeene nut in 't verborgen houden, nadien wy niet alleen een deel hebben van onze Ouders, maar ook een deel van ons Vaderland, een deel van onze Vrienden. Derhalven draag ik dan ten nut van myn Vaderland dit of aan U Ed. myne Vrienden; en volgens de gewoonte der Grieken na Alexander Aphrodisaeus, doe ik een Offerhande van de eerstelingen, en leg die neder als in de Tempel van Hercules, welk te Roomen in Forô Boariô wierd vrygehouden van Vliegen en Honden, op dat ik zonder 't gesnor en gekef van steekeligen, en onbeschaamd onkundigen te hooren, U Ed. als schilden van Pallas tot beschermers van dit Papiere-kind mag ontfangen. De Koningen van AEgypten, en de Roomsche Keizers hebben, als Patronenen Mecaenaten der beschaafde Letteren, hun agtbaare bescherming nooit voor geleerde Boeken geweigert. 't Zal my als een jongeling, die vuurig blaakt na wetenschap, en die wel bewust is, dat de Almagtige God die schenkt alleen aan arbeidzaamen, dat niemand
| |
| |
in Marcelli Tempel van Glorie kan koomen als door de Tempel van Deugd, een scherpe zielspoor zyn om zich in de Oceaan der Geneeskunde, in welke de groote Boerhaave 't eis gebrooken heeft, volgens zyn gegeven Compas, en Kaart van zeekerheid in te zeilen. U Ed. Manhafte Genereusheid zal, hoewel dit werkje klein is, egter alzo min als Artaxerxes 't klein geschenk, en Trajanus 't Boekje van Plutarchus zyn Apophthegmata niet veragten, de kortbondige spreuken van onze Hollandsche Hippocrates gunstelyk aanneemen. 't Orakel van Delphos waren alzo aangenaam de geringe Offerhanden der Lacedaemoniers, als de kostelyke geschenken der Atheniensers. Op de Altaar der Goden wierden niet alleen Vette Ossen met gekranste en Vergulde Hoornen geslagt, maar in plaats van die wierd wel geofferd Melk, gezoute Koeken en Wierook. Vertrouwende dan, Ed. Heeren, die Liefhebbers van Wetenschappen zyt, dat dit geringe aan Uw aangenaam zal zyn, zo breeke ik af met deze Wensch, dat de God der Goden geve U Ed. een gezonde ziel in een gezond Licchaam, Salomons wyze geest op de Stoelen van Geregtigheid en eere, tot welzyn
| |
| |
van 't Vaderland, zo in Staat, Hof, Stad, en Kerk, Zaligheid uwer onsterffelyke Zielen, en Glorie van den Drie-enige God, en teekene met de hoogste agting, dat ik ben en altoos blyven zal,
Edelmogende en Voorzienige Heeren, en Neeven,
U Ed. Ootmoedige Dienaar, en Neev,
KORNELIS LÓVE, Jacobsz
|
|