Der leken spieghel
(ca. 1970)–Jan van Boendale– Auteursrechtelijk beschermdDer leken spieghel. In: Instituut voor Nederlandse Lexicologie (samenstelling en redactie), Cd-rom Middelnederlands. Sdu Uitgevers/Standaard Uitgeverij, Den Haag/Antwerpen 1998.
-
gebruikt exemplaar
Voor de digitale editie van Der leken spieghel in de dbnl is gebruik gemaakt van de Cd-rom Middelnederlands die in 1998 werd uitgebracht door het Instituut voor Nederlandse Lexicologie.
algemene opmerkingen
De volledige tekst van Der leken spieghel bestaat uit vier boeken. Er is voor gekozen alle vier boeken op te nemen in de dbnl.
De tekst op de Cd-rom Middelnederlands berust op de uitgave:
J.J. Mak en H.A.C. Lambermont (ed.).
De verwijzingen naar de foliumnummers en de kolommen in het oorspronkelijke handschrift zijn hier overgenomen.
Op de Cd-rom Middelnederlands wordt de volgende beschrijving gegeven van de oorspronkelijke bron:
‘Bron: Brussel, Koninklijke Bibliotheek, 15658
Datum: 1340-1360
Omvang: 21883 verzen
Opm.: Het handschrift bevat in totaal 2+143 bladen, per bladzijde zijn er twee kolommen van 40 regels. Der leken spieghel bestaat uit vier boeken; het eerste boek telt 5133 verzen, het tweede 10326, het derde 5304 en het vierde 1120.
Status: Diplomatisch
MNW-nr: 857.2 (andere editie), 87.2.16, 825.3 (ander handschrift), 914.B.XII (ander handschrift), 940.6.a (ander handschrift)
Opm.: De citaten uit Der leken spieghel in het MNW zijn afkomstig uit de editie van De Vries, die voor zijn uitgave niet het Brusselse maar een Haags handschrift heeft gebruikt (hs. 's-Gravenhage, Koninklijke Bibliotheek, 75 E 63; zie M. de Vries (ed.): Der leken spieghel, leerdicht van den jare 1330, door Jan Boendale, gezegd Jan de Clerc, schepenklerk te Antwerpen. Leiden, 1844-1848. 3 dln. (Werken uitgegeven door de Vereeniging ter bevordering der oude Nederlandsche letterkunde)). De tekst van het Brusselse handschrift loopt tot op versniveau vrijwel synchroon met die van het Haagse. De caputnummering verschilt echter, doordat het Brusselse handschrift een doorlopende nummering en het Haagse handschrift een nummering per boek heeft (Brussel, boek 1 cap. IXLVIII, boek 2 cap. L-CX, boek 3 cap. CXII-CXXXVIII, boek 4 cap. CXXXIX-CL = 's-Gravenhage boek 1 cap. I-XLVIII, boek 2 cap. I-LXI, boek 3 cap. I-XXVII, boek 4 cap. I-XII). Alle boeken beginnen met een proloog, met als bijzonderheid dat de proloog en cap. XLIX van boek 2 in het Brusselse handschrift samen en in omgekeerde volgorde de proloog vormen op boek 2 in het Haagse exemplaar. Voorts heeft het eerste caput van boek 3 in het Brusselse handschrift (cap. CXI) een ongenummerde pendant in de Haagse codex (voorafgaand aan cap. I), doordat in het laatste handschrift het betreffende hoofdstukje bij de nummering werd overgeslagen. Voor de overige verschillen verwijzen we naar de editie De Vries. Een en ander betekent dat bij het gros van de citaten en verwijzingen in het MNW zonder veel problemen de corresponderende plaatsen in de hier gepresenteerde versie van Der leken spieghel kunnen worden teruggevonden. Te meer daar de tekst, net als zijn Haagse tegenhanger in de editie De Vries, voorzien werd van een regelnummering per caput.’
redactionele ingrepen
Koppen [Boek I], [Boek II], [Boek III] en [Boek IV] toegevoegd.