De brieven van J.C. Bloem aan Aart van der Leeuw
(1979)–J.C. Bloem– Auteursrechtelijk beschermd50Utr. 7 Nov. '16
Beste Aart Hartelijk, hartelijk dank voor je Herscheppingen. Wees ervan overtuigd, dat zij een eereplaats in mijn bibliotheek - en in mijn hart - zullen innemen. Wat ben ik blij, dat het boekje er nu eindelijk is. Ik kreeg trouwens het recensieexemplaar van Versluys al eerder, en heb het gelezen en herlezen. (Tusschen 2 haakjes, wat een onzin van V. om geen gebonden exemplaren te laten maken. Dat is nu weer echt iets à la Versluys. 't Mag een beste vent zijn, aan zulke dwaasheden sta je bij geen enkel ander uitgever bloot dan bij hem. Ik kwam vanmiddag nog bij een vriend, die je bundel ter inzage had gekregen, en van plan was hem terug te zenden om een gebonden exemplaar te nemen. Gelukkig kon ik hem net bijtijds vertellen, dat die niet bestonden). Ik zal maar geen beschouwingen over je boekje houden, die bewaar ik maar voor de Groene, en je hebt er toch niets aan: je weet heusch wel, hoe ik over je verzen denk.Ga naar voetnoot205 Dat hebben de jaren, dat ik het geluk heb jou mijn vriend te noemen, je wel geleerd. Laat ik nog eenmaal zeggen, dat ik er blij mee ben, erg blij - en hier weer: genoeg. - Nieuws kan ik je eigenlijk niet meedeelen. Ik ben over mijzelf lang niet tevreden. Nog steeds heb ik mijn Stellingen niet laten goedkeuren, niettegenstaande ik hier al ruim een maand ben. Ik kon er maar niet toe komen, naar de proffen te stappen. Ik vind dat zoo'n geweldig vervelend bezoek. Eigenlijk onzin, want | |
[pagina 109]
| |
hoe gauwer je er van af bent hoe beter. Maar morgen zal het er toch van komen, hoop ik. Een interessante studie, die van Verwey over Hebbel in 't laatste nummer v/d Beweging. Overigens een taai nummertje.Ga naar voetnoot206 Ik heb de eerste 6 jaargangen v/d Bew. besteld om het tijdschrift compleet te hebben. Verder heeft mijn bibliotheek zich nogal aardig uitgebreid, voornamelijk met moderne Franschen: nationalisten en katholieken. Ik hoop er eens een boek over te schrijven.Ga naar voetnoot207 Maar ik heb zelf geen fiducie in mijn plannen, ik ben zoo'n ellendig indolent iemand, dat weet je ook wel. Ik kan er soms beroerd onder worden. (evenwel, als ik eens de vastheid van een betrekking heb, zal het ongetwijfeld wel beter met mij gaan - ook zonder eenige veranderingen in mijn karakter, van mijn eigen wil uitgaande). Dit leven wat ik nu leid is ook precies dat wat het allerongeschiktste voor mij is. Een vrijheid is schijn, die drukkender is dan iedere gebondenheid. Na mijn promotie zal mijn vader naar een kennis van hem gaan, den heer Mr. Ch. Enschede, te Haarlem, van de bekende firma, om hem te vragen of ik niet in die zaak geplaatst kan worden. Dat zou wel een uitkomst voor mij zijn, want dat zou nu juist iets zijn, waarin ik plezier had. Maar ik heb altijd zoo'n pech gehad, dat ik me niet kan voorstellen, dat dit eenig resultaat zal hebben. - En nu adieu, mijn beste. Groet Toos en Joh hartelijk van mij - (maken jelui drieën het goed?) - en geloof mij, met herhaalden dank voor de Herscheppingen,
als steeds geheel je vriend Jacques |
|