De brieven van J.C. Bloem aan Aart van der Leeuw
(1979)–J.C. Bloem– Auteursrechtelijk beschermd7Amersfoort. Maandag 15/7/'12.
Beste Aart. Hartelijk dank voor overdruk en brief. Ik las met zeer veel genoegen je verhaal.Ga naar voetnoot25 Jij bent inderdaad met v. Schendel de eenigen, die werkelijk modern proza schrijft; in den zin van: niet-realistisch en toch niet onleesbaar. (dit laatste aan 't adres van Uyldert c.s.).Ga naar voetnoot26 Ik vind dit verhaal niet overal zoo zeker als je jeugdherinneringen, ook is de invloed van v.S. wel merkbaar.Ga naar voetnoot27 Maar dit zijn slechts kleine bezwaren: het is pas je tweede stuk proza in dit genre, als ik mij niet vergis en ik verwacht dus nog veel van je - vergeef mij deze phrase, die evenwel zeer letterlijk bedoeld is. Zooals ik je gedurende de dagen dat je bij me waart, heb leeren kennen, doet mij met nog meer belangstelling je werk volgen, dan eerst, - en dit wil veel zeggen, [sic] Want je weet, hoeveel ik sinds de kennismaking ermee, daarvan heb gehouden. Maar, | |
[pagina 28]
| |
Aart, waarom ik de dagen, die je hier was, zoo heerlijk vond, is nog 't meest om dit: ik voelde, dat ik een werkelijken vriend rijker ben geworden, iemand, die mij begrijpt, en dien ik begrijp. Dit is zoo iets zeldzaams, dat ik er onzegbaar blij mee ben, en die dagen nooit zal vergeten. Jammer maar, dat het zoo kort was: ik hoop, dat je weer eens gauw weer zult komen. Ik kom in Augustus naar alle waarschijnlijkheid in den Haag en zal je dan natuurlijk wel melden, wanneer, om nog eens in Voorburg te kunnen komen. Hoe gaat het nu toch met Toos? Ik hoop, dat zij goed vooruitgaat. Wil je haar vooral mijn hartelijke groeten doen en geloof mij
steeds je vriend Jacques
P.S. Ik merk bij 't herlezen, dat mijn uitingen over: ‘De Voorspelling’ den indruk maken, alsof ik 't eigenlijk maar zoo zoo vind. Dit wil ik niet hebben: niet uit een gevoel van je niet te willen kwetsen of zoo iets, maar omdat ik het verhaal werkelijk bizonder mooi vind. Laat ik hier dus nog even vooral den nadruk op leggen, o hoofd der neo-romantische school! (Heeft Kips je zoo niet genoemd?)Ga naar voetnoot28 |
|