Anna Blaman over zichzelf en anderen. Poëzie, artikelen en lezingen(1968)–Anna Blaman– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 14] [p. 14] Regen Het lied is tot een dreun versleten Ik stop mijn oren dicht en schrei Jij regen, van een droom bezeten en zonder kentering of tij - eerst dacht ik dat wij samen zongen een hymne tussen God en grond dat ons bijeenbehoren was voldongen omdat ook ik daar tussen stond Je grote lied, je grijze ogen verwijlen smachtend voor mijn ruit Het is het zinloos mededogen van een vampyr voor zijn buit Het hoofd omlaag de hemel uitgesprongen tussen de flatten door, een luchtmeermin, zal jij me, naar het venster heengedrongen, hymnisch verleiden de gore straatgoot in Vorige Volgende