Galante dichtluimen(1780)–Willem Bilderdijk, Hendrik Riemsnijder– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 16] [p. 16] Raadzel. 'k Ben van gestalte klein; woon in een lomrig dal; Leef steeds bedekt, en ben met pragt noch praal bepaereld. Vogt is mijn voedsel slegts; men kent mij overal; 'k Ben stom en doof: nogthans regeert mijn magt de waereld. Schoon hij, die mij genaakt, trotsch en vermeetel staat, Verzwakt nogtans zijn moed, eer' hij weêr van mij gaat. Vorige Volgende