144. Bilderdijk aan Cath. Reb. Woesthoven, 5 Aug. 1784.
Hs. U.B. Amsterdam; B. 10m. Gedrukt: Eerste Huwelijk, 70, midden.
Collatie: De brief is niet van 3, maar van 5 Aug. - P. 70, r. 17 v.b. vóór de streep nog invoegen: Morgen! Na de streep nieuwe alinea.
|
|
Annotatie: |
p. 70: |
[de(n) dag van den 7n] de verjaardag van Prinses Wilhelmina. De verz.-Ten Br. Andr. bevat 4 ex. van een op dien dag door C.R. aan de Prinses aangeboden gedicht van 98 verzen:
Mag ik tot Uw hoogheid naadren?
Staat dit mij vermeetle vrij?
Of, Vorstin, zoudt Gij 't misduiden,
Dat ik U mijn zangtoon wij?
enz. enz. |
|
Vgl. het gedicht op p. 163! - [prijsstof] in Februari was als zodanig uitgeschreven De Opwekking van Lazarus, met inleveringstermijn tot 1 Jan. '85. Niet C.R. heeft den prijs behaald, doch Bussingh (Höweler, a.w. 138). Zie ook volg. brief. Haar gedicht kwam niettemin in druk te A'dam, 1785 (Cat. Mij. Ltk. I 389). Vgl. M.-I, 133, 144, met ann. pp. 210 m., 222 m.; en E.H. 210 (1795). |