143. Bilderdijk aan Cath. Reb. Woesthoven, 1 Aug. 1784.
Hs. U.B. Amsterdam; B. 10l. Gedrukt: Eerste Huwelijk, 69-70.
Collatie: P. 69, r. 5 v.o. na de streep nieuwe alinea. Lees: Niets heb ik tot nog toe hier kunnen enz.
|
|
Annotatie: |
p. 69: |
[niets... hier kunnen verrichten] B. schrijft uit Rotterdam. Daar was de partijstrijd fel: het lagere volk toonde zijn prinsgezindheid bij elke gelegenheid. Kaat Mossel was al in actie: 13 Juni maakte zij haar tocht naar Huis ten Bosch, om de Stadh. familie te zien, waarover de Proc. Gen. van den Hove aanstonds gewichtige onderzoekingen moest doen! Uit pamfletten, polit. kranten en tss. blijkt hoe belangrijk de stadh. partij dit steunpunt vond. Zie N.N. Jaarbn., Post v.d. N. Rhijn, enz.; ze zijn in 1784 vol van die Rotterdamse conflicten. Ook uit de corresp. van Van Goens (meded. Prof. Wille). De pattriott. heren zochten hulp bij de Staten van Holland, en dezen besloten op 28 Juli enige Commissarissen naar Rotterdam te zenden tot onderzoek. Bilderdijk is stellig te R'dam als waarnemer en raadgever vanwege de stadhoudersgezinde partij. Het gedrukte Rapport van die Gecommitteerden (R'dam 1787), p. 18, gewaagt van ‘een zeer aanstotelijk Pleidooi door den Advocaat Bilderdijk’. Zie ook p. 181 m. |