Briefwisseling. Deel 1. 1772-1794
(1955)–Willem Bilderdijk– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 10]
| |
2. Bilderdijk aan Karel de Pecker, Pieterszoon, geheimschrijver van het Dichtkundig Genootschap te Leiden, onder de Zinspreuk Kunst wordt door Arbeid verkreegen, 1775.Ongedateerd. Hs niet meer aanwezig. Gedrukt in de Handelingen van de jaarl. verg. van 1776, Mij. Ltk., en in Leeskabinet 1870, 4e st., 5. Het briefje was verzegeld bij het ingezonden gedicht gevoegd, om alleen geopend te worden bij bekroning van den inzender. Wel-Edele Heer!Ga naar voetnoot1) Een dringende reden heeft mij verhinderd Uw WEd. mijnen naam te kennen te geevenGa naar voetnoot2); doch ik verbinde mij (zoo ik den mij toegelegden Prijs aenneme) Uw WEd. denzelven binnen kort te doen weeten; en ten bewijze van echtheid, eenige Coupletten uit de LierzangGa naar voetnoot3), in dezelfde spellinge, en door de eige hand geschreeven, daarbij te zenden. Ik heb de eer', met verschuldigde hoogächting', mij te noemen, Wel-Edele Heer! Uw Wel-Edelheids Dw. Dienaar N.N. |
|