De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 14
(1859)–Willem Bilderdijk– Auteursrechtvrij
[pagina 411]
| |
Onverhoord gebed.Ga naar voetnoot*Gy bidt, gy smeekt, en God verhoort niet, arme droeven?
Ach! dankt dat Hy zijn raad, en d'uwen niet, voltrekt.
Hy weet het, Hy-alleen, wat we in ons leed behoeven,
Die, als ge uit waanzucht valt, de hand ter hulpe strekt.
De geest die in u bidt, ô Christen, vraagt verhooring,
Maar heeft geen ware zucht ter heiligmaking in;
't Verleenen waar verderf; 't vergunnen, zielverstooring;
't Onthouden is genâ, 't ontnemen, zondaarmin.
1829.
|
|