De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 13
(1859)–Willem Bilderdijk– Auteursrechtvrij
[pagina 266]
| |
De onnoozele boer.Ga naar voetnoot*Ei lieve! zeg eens, Bestevaâr,
Wat heeft dat mooie Steêwijf daar?
Een schilderijtjen aan een lintjen,
Dat op heur prammen hangt, dat 's raar!
't Is vast een uithangbord, niet waar? -
‘Al zachtjens wat, voorzichtig, vrindtjen;
Het is 't portretjen van haar man.’ -
Dan wed ik, dat ik 't raden kan,
Maar 't maakt een koddige vertooning.
't Is als in 't dorp by zwarten Gijs,
Daar 't bakkes uithangt van den koning,
Want kijk! die koomt nooit in die woning,
Maar elk die wil, vindt daar logijs.
Is 't hier niet op de zelfde wijs?
1820.
|
|