De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 13(1859)–Willem Bilderdijk– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 17] [p. 17] Hero en Leander. Proeve uit Muséus.Ga naar voetnoot* Godes! verbrei de toorts, getuige van een liefde, Die 't bruischend pekelnat by 't aaklig duister kliefde; Den stillen minnelust, en 't heimlijk echtverbond, Onttrokken aan 't gezicht van d' eersten morgenstond; En 't eenzaam Abydos, met Sestos ruwe stranden Het heuchelijk tooneel van Heroos huwlijksbanden. Wat hoor ik? - de Echttoorts, en Leanders Watertocht! - Gewis, ik heb uw hulp niet vruchtloos aangezocht, Mijn zangeres! - vaar voort; ik volg u na. Wy zingen, De fakkel, huwlijkstoorts der Echtverbondelingen; Die, Bruiloftsstichteresse, en liefdes feestbodin, Als de opgehangen prijs van 't renperk van de min Verdiend had by 't gestarnt, met onverdoofbre stralen, En d' achtbren eernaam van Diones star, te pralen: Dewijl ze als Dienares van 't heilig ledikant Geheime kennis droeg van d' onderlingen brand, Eer de ongestuime wind, in toomloos woên ontstoken, De woeste golven door zijn' adem bracht aan 't koken. Welaan dan: zing my voor, hoe één barbaarsche nacht De fakkel heeft gebluscht, Leander omgebracht. [1789.] voetnoot* Nalezingen I, 40. Vorige Volgende