De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 12
(1859)–Willem Bilderdijk– AuteursrechtvrijVergenoegen.Ga naar voetnoot*Ik wensch niet naar de heerschappij
Van Gijges uitgestrekte rijken;
Geen vrekke goudzucht woont in mij;
Maar, daar ik niemands lot benij',
Wil ik mijn baard met nardus strijken,
Terwijl ik purpren roosjens gaâr
En tot een kroon vlecht voor mijn hair.
Ik wil alleen voor heden zorgen:
Wat stervling kent den dag van morgen?
Dat we ons dan, onder blij geschal,
Met Bacchus edel vocht vermaken,
Eer dat een ziekte ons overvall'
En zegg': ‘Gij moet het drinken staken.
Naar Anacreon.
[1779.]
|
|