De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 9
(1858)–Willem Bilderdijk– AuteursrechtvrijOud Hollandsche strijdzang
| |
[pagina 315]
| |
Zy brieschen reeds en schuimen,
En schudden maan en hals
(Versierd met witte pluimen,)
Op 't zein des Wapenschals.
Zy steigeren en stampen
En heffen 't hoofd om hoog,
En blazen rook en dampen,
En vlammen met het oog.
De Krijgsmoed geeft hun vleugels;
Zy wachten naar geen spoor;
Zy voelen toom noch teugels,
Maar hollen moedig door.
Hoe blinkt uw Heldendegen,
ô Floris echte bloed!
Zijn eerste huwlijkszegen,
Vervuld van Grootvaârs moed!
Ontplooi uw Leeuwbanieren
Met Heusdens schittrend wiel,
Bestemd tot zegevieren
Op veld en oorlogskiel.
Val aan op woeste vreemden,
Wier plonderziek geweld
Ons Hollands rijke beemden
In 't haatlijk juk beknelt!
't Lafhartig Henegouwen
Ontglipp' de Gravenstaf;
Gy, Hollands vast betrouwen,
Staat Floris recht niet af.
| |
[pagina 316]
| |
Ga, ruk ons uit de klaauwen
Van 't dartel roovrenrot;
Die stroom en vest benaauwen!
Met u, met ons, is God.
Hernieuw de grootsche dagen
Van Koning Willems tijd,
Die Vlaandrens schande zagen
In Walchrens Heldenstrijd:
Wanneer hun duizendtallen,
Met moedernaakte leên
Den Vorst te voet gevallen
In kinderlijk geween; -
Wanneer die wakkre krijgers
Hem smeekten om gelei;
Op bloed verhitte tijgers,
Nu lamm'ren in de wei'!
Wanneer die fiere Ridder,
Het bloed van Boudewijn,
In vrouwelijk gesidder
Zijn list bekocht met pijn.
Ja! Holland is herwonnen
Daar Gy het lemmer greept.
Hun list is afgesponnen;
Hun hoogmoed neêrgezweept!
Het vrije bloed in de aderen
Bruischt weêr door Hollands kroost,
En waardig onze Vaderen,
In onderdrukking grootst.
| |
[pagina 317]
| |
Valt aan, valt aan, ô Helden!
Wy volgen u door 't bloed,
En vagen onze velden
Van dwang en overmoed.
Den heirbijl in de handen!
De knotsen in de vuist!
Verscheurd zijn onze banden!
Het Vlaamsche juk vergruisd!
Laat vrij uw vaandels wapperen
Vermeetle Forestier;
Aan 't hoofd van Hollands dapperen
Zwaait Haamsteê zijn rapier.
Neen, laat uw Liebaart zinken,
Gedoscht in 't treurend zwart;
In bloed zal de onze blinken,
In bloed uit Guidoos hart!
Ja, Hollands Leeuw zal klimmen,
In onverdoofden gloor,
Begroet van de Oosterkimmen,
Gehuldigd by den Moor.
Triomf, ô Leeuwenstandert,
Waar Schelde en Nijl voor vliedt!
Het oorlogslot verandert
Waar Hollands loot gebiedt.
Hy zal het pad ons banen,
Van moord en slachting rood:
Triomf aan Hollands Vanen!
Sla dood, sla dood, sla dood!
1824.
|
|