Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Bouwstoffen voor de geschiedenis der wis- en natuurkundige wetenschappen in de Nederlanden (1878)

Informatie terzijde

Titelpagina van Bouwstoffen voor de geschiedenis der wis- en natuurkundige wetenschappen in de Nederlanden
Afbeelding van Bouwstoffen voor de geschiedenis der wis- en natuurkundige wetenschappen in de NederlandenToon afbeelding van titelpagina van Bouwstoffen voor de geschiedenis der wis- en natuurkundige wetenschappen in de Nederlanden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.32 MB)

XML (1.06 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/geschiedenis-archeologie
non-fictie/natuurwetenschappen/wiskunde
non-fictie/natuurwetenschappen/natuurkunde


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Bouwstoffen voor de geschiedenis der wis- en natuurkundige wetenschappen in de Nederlanden

(1878)–David Bierens de Haan–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 42]
[p. 42]

BOUWSTOFFEN VOOR DE GESCHIEDENIS der WIS- EN NATUURKUNDE IN DE NEDERLANDEN. door D. BIERENS DE HAAN.

V. Voorlooper der stereotyp-uitgaaf van logarithmen-tafels.
Claas Jansz. Vooght, Geometra.

1. Al spoedig nadat adriaan vlack zijne kleine logarithmen-tafels - waarvan in het Nummer III dezer Bouwstoffen sprake was, - het licht had doen zien, kwamen er in ons land nog meer logarithmentafels uit. Daarvan mogen thans die van claas jansz. vooght geometra (zoo als hij zich zelven altijd noemt), besproken worden.

Deze was gezworen landmeter, en verder leermeester in de wiskunde, stuurmanskunst, enz, te Amsterdam. Hij schreef onderscheidene boeken over die vakken; en daarvan zullen wij er straks eenige leeren kennen. Overigens heb ik omtrent dien man nergens iets kunnen vinden.

2. De eerste Logarithmentafels, die hij uitgaf: ‘De Taafelen Sinuum, Tangentium en Secantium’, in 8o., van 1685Ga naar eind1), zijn in 8o. Het eerste gedeelte geeft de Sinussen (Cosinussen), Tangenten (Cotangenten) en Secanten (Cosecanten), zoowel als de logarithmen daarvan, voor iedere minuut in zeven mantissen De inrichting is de volgende. Op iedere bladzijde komen zes kolommen met de hoofden

Sinus; Tangens; Secans; Log. Sin; Log. Tang; Log. Secans.

Op iedere linksche bladzijde vindt men de dertig eerste of de

[pagina 43]
[p. 43]

dertig laatste minuten voor het gegeven aantal p-graden. Op de rechtsche daarentegen de dertig laatste of de dertig eerste minuten voor het aantal 89-p graden: zoodat de bogen links en rechts op dezelfde regel elkanders complementen zijn. Verschillen komen er niet voor.

Bij het tweede gedeelte: ‘de Tabula Logarithmorum Numeris’, houdt iedere bladzijde drie kolommen van 34 getallen, terwijl de onderste in eene kolom boven aan in de volgende kolom wordt herhaald. Op die wijze bevat iedere bladzijde juist honderd opeenvolgende getallen. De Logarithmen zijn ook hier in zeven mantissen gegeven.

In het derde gedeelte: ‘de Tafel der wassende Latitudo’, bevat 'iedere bladzijde tien kolommen voor tien opeenvolgende graden: op de linksche komen de dertig eerste, op de rechtsche de dertig laatste minuten voor.

De ‘Tafel der kromstreeken’ is voor de zeven eerste streeken zoo ingericht, dat iedere bladzijde in drie verticale blokken is verdeeld, iedere blok wederom in drie kolommen, met de hoofden

mijl. breet. lancte.

terwijl wederom die drie kolommen op iedere bladzijde voor honderd opeenvolgende aantallen van mijlen gelden.

Bij de tafel voor de achtste streek is de inrichting anders. Iedere bladzijde is hier verdeeld in negen kolommen, geldende voor even zooveel graden breedte, die dezelfde zijn voor de rechtsche bladzijde als voor de linksche. In eene voorste kolom met het hoofd

verh. U. mijle.

korem links de getallen 1-30, rechts de getallen 31-50, 60, 70, 80, 90, 100, 200, 300, 400, 500 voor.

Het geheele werk is vrij goed gedrukt, en de bladzijden zijn genummerd: voor het eerste gedeelte in den hoek en daarna op het midden der bladzijde boven aan.

3. Daarop volgen in 1698 ‘zijne Taafelen der Sinuum, Tangentium et Secantium’ in 4o.Ga naar eind2), die wel hetzelfde bevatten, maar anders zijn ingericht. Achter een fraai in koper gegraveerden titel komen twee verzen voor

Op de || Tafelen || Sinuum Tangentium en Secantium. ||

[pagina 44]
[p. 44]
 
Dit is een bondelken beknopt
 
Met weinig lettren opgepropt,
 
De nuttigheyd van dit is meer
 
Dan duysent boecken in de weer.
 
Wort trow.

Op de Logarithmische Taeffelen.

 
Wilt gy de boogen van het ruym Heel-Al af-meeten,
 
Wilt gy in 't tellen oock de Kromme Graden weeten,
 
De welck een Konstenaar met rechte koorden peyld
 
Met 't Kruys of iets dat konst heeft klaar en net verdeyld:
 
De Logarithmus (die den Merchestonschen Nepper
 
Ons uyt vond waer van 't lof hem toekomt naest den Schepper
 
Van 't Heel-Al) is 't dat ons het sware werck verlicht
 
Vergeefs is 't, dat men hier alsulcke Taef'len sticht
 
Op 't blanck papier alwaer ons Ouders niet vermochten,
 
Ten zy dat sy 't getal tot een meervoudigh brochten.
 
In tegendeel alleen met tellen licht voldoet
 
De Logarithmus ons tot het begeerde goet.
 
Wort trow.

Het laatste vooral een treffend staaltje van wiskundige rijmelarij, waarvan wij er straks nog meer zullen ontmoeten.

Wat het eerste gedeelte aangaat, omvat hier iedere bladzijde een graad; voor elke der zestig minuten worden in zes dubbele kolommen met de hoofden

Sinus Hoeckmaten. Tangens Raecklynen. Secans Sneylynen. Log. Sin. Log. Tang. Log. Secans.

deze waarden in zeven mantissen gegeven. Boven de bladzijde is het getal ‘p Graad’ der graden aangegeven: onderaan ‘89-p Graad’. Eene voorste kolom geeft de minuten 0-60, eene achterste de minuten 60-0 aan; zoodat wij hier de gewone inrichting aantreffen, waarbij naast iedere waarde voor een hoek, de overeenkomstige voor zijn complement gevonden wordt.

In het tweede gedeelte is iedere bladzijde verdeeld in zeven kolommen, die de logarithmen van 65 getallen geven, afgedeeld duidelijkshalve in dertien vijftallen; iets dergelijks kwam ook bij de eerstvermelde tafels voor.

[pagina 45]
[p. 45]

Bij de tafel der vergrootende breedte houdt iedere bladzijde vijftien kolommen voor even zoo vele graden, terwijl er zestig regels voorkomen voor de minuten van elk dier graden.

Bij de tafel der kromstreeken heeft iedere bladzijde vijf blokken, verdeeld ieder in drie kolommen met dezelfde hoofden als bij de tafels van noot (1); terwijl ieder blok geldt voor dertien vijftallen mijlen. Bij de achtste streek is ook hier de inrichting anders: iedere bladzijde is verdeeld in veertien kolommen, geldende voor even zoo vele opvolgende graden breedte: In eene voorste kolom komen dezelfde 65 getallen mijlen voor als bij de overeenkomstige tafels van noot (1).

Bij deze tafels is het nu, dat wij eene poging waarnemen, om het voorkomen van fouten te vermijden, die er zoo ligt - aan voorbeelden ontbrak het toen reeds geenszins - ontstaan, hetzij bij herdrukken der tafels, hetzij wanneer er onder het afdrukken eener zelfde uitgave een of ander ongeluk met de letterramen gebeurde. Daartoe werden zij op koper gegraveerd: een voorbehoedmiddel, nog wel zoo afdoende als de latere stereotyp-druk.

In deze uitgave zijn evenwel slechts de acht eerste vellen A tot H, en de beide laatste Q en R gegraveerd: de overige F tot P zijn gewoon gedrukt, waarschijnlijk omdat de gravure daarvoor nog niet gereed was. Althans bij een lateren druk dezer tafels van 1707Ga naar eind3) waren alle vellen op koper gegraveerd, hetgeen trouwens ook op den titel toen werd vermeld: terwijl op den titel van de tafels in noot (2), omtrent dit graveeren der uitkomsten geenerlei vermelding voorkomt. Bij geen dezer drie tafels vindt men ook ergens eene voorrede of voorwerk, waarin dit punt besproken had kunnen worden.

Deze tafels, ten deele reeds van zeevaartkundigen aard, behoorden dikwerf bij werken voor de zeevaartkunde, en werden dus als zoodanig, veelvuldig gebruikt. Denkelijk zal hierin wel de reden te zoeken zijn, dat de kosten, die zeker niet gering waren, konden worden gedekt: trouwens, de firma, die ze uitgaf, heeft zich gedurende een lang tijdsverloop met uitnemend gevolg toegewijd aan het uitgeven van zeevaartkundige werken.

Deze firma ‘van keulen’, met het uithangbord ‘in de gegekroonde Lootsman, by de Nieuwe Brugh te Amsterdam’ gevestigd, is steeds met roem bekend geweest. Hoewel zij in

[pagina 46]
[p. 46]

fred. mullers Bibliographie Neerlando-RusseGa naar eind4) en bij a.m. ledeboer, de Boekdrukkers enz.Ga naar eind5) vermeld wordt, zijn deze opgaven toch niet altijd juist, en verdient die firma voorzeker een eigen monographie van bevoegde hand. Mij is daaromtrent het volgende gebleken

1681-1710. Johannes van keulen: Hij kocht 23 Juni 1693 den boedel van den bekenden hendrik donker, en werd opgevolgd door zijn zoon
(1712) Gerardus van keulen. Men vindt
(1727) Lodewina konst, weduwe van gerard van keulen en haar eenigen zoon johannes van keulen, die
(1742) alleen voorkomt. Hij wordt opgevolgd door zijne beide zoons
(1750) Gerard hulst van keulen en cornelis buys van keulen.
1769-1776(?) Joannes van keulen, en zoonen.
1779-1808. Gerard hulst van keulen.
1808-1858. De Wed. gerard hulst van keulen.

In 1860 wordt jacob swart eigenaar.

4. Wat de verdere boeken betreft, die claas jansz. vooght in het licht gaf, heeft men vooreerst zijn ‘Quadrans astronomicus et geometricus’ in 4o. van 1681Ga naar eind6), waarvan het ‘'t Eerste Deel || Van 't bereytzel des || Quadrants. || Thoonende de Beschrijving van alle sijne Ronden, Boogen, || Linien, Graden, en Verdeelingen’ in acht Voorstellen verdeeld is (blz. 3-13). ‘'t Tweede Deel, || Van 't gebruyk des || Quadrants. || Toonende 't selve in de Sterkonst,’ bevat zeventien Voorstellen (blz. 13-21). ‘'t Derde Deel || Van 't gebruyck des || Quadrants. || Toonende 't selve in de Meetkonst,’ bevat zeven Voorstellen (blz. 21-24), en wel

1.‘Leerende de Verkeerde Schaduw te veranderen in een Reghte Schaduw.
2.Leerende de hooghte van eenigh dingh, daarmen toe gaen kan, meeten.
3.Leerende de hooghte van eenigh dingh, daer men niet toe gaen kan, meeten.
4.Leerende de hooghte van eenigh dingh, dat verheeven staat, meeten.
[pagina 47]
[p. 47]
5.Leerende de wijte van eenig pladt landt of waater te meeten.
6.Leerende de diepte van eenigh dingh te meeten.
7.Leerende de hooghte van een Wolcke te meeten.’

Van dit werk komen er ook uitgaven van 1682 en 1714Ga naar eind7) voor, volkomen gelijk aan de eerste.

5. Vervolgens ontmoet men zijn ‘Nieuwe groote, Lichtende Zee Fakkel’ in vijf deelen folio van 1682 tot 1684Ga naar eind8), die in de volgende orde het licht zagen, 2, 1, 3, 5 en 4; zoo als blijkt, behalve uit enkele voorredens, uit de opdrachten, geteekend: 25 Grasmaand 1681; 30 Wijnmaand 1681, 12 Grasmaand 1682, 1 Sprokkelmaand 1683, 1 Wintermaand 1684. Het werk bevat een aantal fraaije kaarten met hare beschrijvingen en voorts een groot aantal profielteekeningen van kusten en eilanden. Alleen op den titel van het tweede deel komt behalve claas janz. vooght, ook als schrijver voor jan van loon. Daar nu dit tweede deel, zoo als wij opmerkten, het eerst uitkwam, en daar van loon nergens verder voorkomt, mogen wij onderstellen, dat hij zich teruggetrokken heeft van de medewerking: toch blijft het zonderling, dat deze verandering binnen zoo weinige maanden heeft plaats gegrepen, daar het bearbeiden van deze verzameling noodzakelijk veel meer tijd heeft gekost. Zoude men daaruit mogen opmaken, dat deze bundels eigenlijk slechts het werk zijn van vooght alleen?

Onze vooght beklaagt zich zeer over andere uitgevers van kaarten, die slechts oude kaarten wat oplapten en voor nieuw versleten, en toch hem uit wangunst beschuldigden van slecht werk. In het tweede deel zegt hij daaromtrent:

 
Wat loont ons meenigh brave Jonker
 
Eens anders Werk voor eygen vond;
 
Soo lootst ons Goossen 't volk in 't donker
 
Ligt op een klip, of in de grond.

Slechts in de voorrede van het vijfde deel, verklaart hij nog niet tot volle nauwkeurigheid der kaarten te hebben kunnen geraken; en beschouwt hij deze eigenlijk als niet meer dan eene proeve, waarop hij afraadt volkomen vertrouwen te stellen. In de voorreden van het vierde deel prijst hij de kaarten van joannes de laat, en keurt die van arent roggeveen af: in de

[pagina 48]
[p. 48]

voorreden van het eerste deel spreekt hij met grooten lof van dirk jacobszn slikker van Aakersloot, van wien ik nog bezit eene geschiedkundige bijdrage over de Oost- en Westvinding.Ga naar eind9)

vooght teekent zijn kaarten met het monogram

[Illustration]

Van deze nieuwe groote Lichtende Zee-Fakkel verscheen later een herdruk in 1771; en daarop een door gerard hulst van keulen vermeerderde en verbeterde uitgave in 1788Ga naar eind10), die wederom in 1799 bij denzelfden uitgever verscheen, vermeerderd met een aantal nieuwe kaarten.

6. Nog heeft onze vooght zich verdienstelijk gemaakt door de uitgave van eene volledige ‘Euclidis Beginselen der Meetkonst’ 1695 in 4o.Ga naar eind11) Wel is waar, waren reeds op dit spoor hem voorgegaan jan pietersz. dou [1606, 1626, 1632, 1647, 1681] j. wz. verroten [1633], frans van schooten [1662] h. coets [1692, 1702, 1705, 1740, 1752,] en c. van nienrode [omstreeks 1630]; maar van schooten en van nienrode gaven weinig meer dan eene opgave der stellingen, en de overigen behandelden alleen de zes eerste boeken van Euclides. Daarop doelt zijn lofdichter carel vander hem, als hij in niet zeer gekuischte woorden zegt.

 
‘Douw, die woud Euclidem tojen
 
In een nieuw en zondags pak,
 
Maar daar waren nog thien plojen
 
Die manqueerden aan 't kasjak.
 
En die zes, die hij in frons had
 
Zien 'er soo wanschapen uyt,
 
Ofze kwamen uyt een flons gad,
 
Daarmen noyt geen kaars en snuyt.’

Maar ook vooght zelf was dichter: zoo als wij boven in § 5 zagen. Hier gebruikt hij zijne gaven, om bij den aanvang van ieder Boek, den inhoud in versmaat op te geven, bijv.

‘D'Inhoud des Eersten Boeks.’
 
Hier word de grond geleyd van de reghtstreepte platten,
 
Van Raam en Driehoek beijd': Eerst gaatmen hier bevatten
[pagina 49]
[p. 49]
 
Wat dat den driehoek teelt, verthoonende haar aart
 
Wat standt zy met haar hoek en zijd' altijd bewaart.
 
Voorts, na dat d'eygenschap der eevenwijd'ghe reghten
 
Verhandelt zijn, zoo komt die Raam in rangh aanheghten
 
Haar aart, en thoont wel net d'eenstemmigheyd van haar,
 
Maar dan wort ook gethoont de Maatschappy daar naar
 
Van Raam en driehoek beyd', en hoe een raam herschaapen
 
Tot eenen driehoek wort. Ten laadtsten komtmen raapen,
 
Hoe in een driehoek met een reghten hoek 't vierkant
 
Der reghte, die den reghten hoek altijdt bespant,
 
Is die vierkanten g'lijk de reghten, die de reghten
 
Besluien (sic) tusschen beyd'. Dees' ziet gy alles heghten,
 
Als schalmen aan malkaar, met voorstels viermaal thien,
 
En aght, nalaatende de minste twijfflingh ghien.’

Merkwaardig in haar soort is de verdeeling der Wiskonst, die men in de ‘Inleyding’ aantreft: aldaar heet het.

‘De nakomelingen (der wijsgierigen) stellen de Reekenkonst en Meet- || konst de voornaamste, uyt de welke voortvloeyen niet alleen de Zang- || konst en Starkonst, maar ook de Meetdaad of Landmetery, de || Zonnewijserskonst, de Stuurmanskonst, de Gesigtskonst, de || Wanschaduwkonst, de Spiegelkonst, de Doorsigtkonst, de Stel- || konst, de Bouwkunst, de Sterkbouwkonst, de Weegkonst, enz.’

Het werk, 671 bladzijden groot, bevat de zestien boeken; de figuren, in hout gesneden, zijn telkens afgedrukt in vakjes, die in de tekst zijn opengelaten.

7. Hebben wij straks gezien dat de ‘Nieuwe groote Lichtende Zeefakkel’ van claas janz. vooght, vele drukken beleefde, zelfs tot in het einde der achttiende eeuw, hetzelfde getuigenis van deugdelijkheid verkreeg zijn ‘Handboek voor de Zeelieden’ in zes deelen 8o. Het is mij niet gebleken, wanneer daarvan de eerste uitgaaf verscheen, - denkelijk na 1697, (in zijn geheel althans) daar dit werk niet voorkomt op de lijst, waarvan straks sprake zal wezen. Maar ik heb voor mij liggen een eerste uitgaaf van het eerste deel in 1696Ga naar eind12), en een latere van 1776Ga naar eind13). Op deze laatste uitgaaf is eerst twee jaren later in 1778, octrooi gekomen: vandaar denkelijk dat de Copy van de Previlegiën

[pagina 50]
[p. 50]

(2 blz.) tusschen de eerste en tweede bladzijden van het ‘Tot den Leeser’ is ingeplakt. Daarin komt het volgende voor:

‘Dat de Supplianten voorneemens zynde te doen drukken en uitgeeven zeeker Werk, geïntituleerd: Handboek voor de Zeelieden, zynde een verzameling van de voornaamste zaken, welke werkdadig by de Zeevaart moeten gebruikt worden, zynde een zamenstel van Astronomische en Zeevaartkundige Werken, in navolging van de Ephemerides, Engelsche Nautical Almanach, Connoisance des Temps, Dealy (sic) Assistents, Marines Compas, Marines Calander &c. &c. vervat in zes Deelen: het eerste 't Graadboek [dat is het werk van Noot (12)] 't tweede 't Dubbeld Bestekboek, 't derde 't Ronde Bestekboek, 't vierde 't Nieuwe Stuurmans-Handboek, 't vyfde de Meerderjaarige Zeemans Almanach, en 't zesde Deel de Mond Examen: in klyn Octavo.’

Door deze beschrijving wordt de strekking dezer boekjes genoegzaam aangegeven: ook het deeltje, dat hier beschreven zal worden, is geheel voor de praktijk ingericht, en vol met allerlei grootere en kleinere tafeltjes.

Dit werkje ‘Nieuw Amsterdammer Graad-Book’ begint, in verso van den titel met de

 
‘Matroos Aanspraak.
 
Dit is u and're handt, als gy de brakke baaren
 
Geduurigh wilt bevaren,
 
Om gantsch te zijn verdaght voor vloeden, klip of strand,
 
En al 't ontijdigh landt.’

Na een ‘Tot den || Leeser’ volgt (A tot G) het Graadboekje zelf. Daarop komt (H) de titel ‘Almanach, || Nae || De Nieuwen Stijl, || Der 7 aan-een-volgende Jaaren, van || 't Jaar 1694, tot 't Jaar 1700. || Gestelt || op den Meridiaan der stadt. || Daarop volgt (H-O) ‘Een kort Begrijp || Van alle || Langhs- en Dwars-coursen || van d'Oosterse, Noordtse, Wester- || se en Straatse Scheepvaart’ terwijl de zes laatste bladzijden bevatten een ‘Morgen-gebed || Op de Voise van den 66. Psalm’, een ‘Avond-geded || Stemme van den 12. Psalm’ een ‘Gebedt voor den Eten. || Voys van den 9. Psalm,’ en een ‘Gebedt naar den Eten. || Stemme van den 33. Psalm.’

Het is op stevig papier gedrukt, en volkomen geschikt voor een dagelijksch gebruik door den zeeman.

[pagina 51]
[p. 51]

8. Een ander werkje ‘Stelkonstige Reeckening van den Regenboog,’ in 4o. 1687Ga naar eind14) wordt mede aan claas janz. vooght toegeschreven. Zij bevat een stelkundige afleiding en bewijs van de regelen van Descartes ten opzichte van de straalbreking in den regendruppel.

9. Dit zijn de werken van claas janz. vooght, die ik heb kunnen inzien; maar ik ontmoette nog een lijst van zijne werken, in eene aankondiging van den boekhandelaar johannes van keulen bij een ander zeevaartkundig werk 't ‘Vergulde licht der Zeevaart door claas hendricksz. gietermaker,’ een nieuwe druk van 1697Ga naar eind15). Daaruit moge het volgende hier worden overgenomen.

Bekentmakinge || aan den || leezer. || Waarde Heeren, Kooplieden, Schippers, Stuurlieden, Lootsen, Konstlievende, en Zeevaart- || beminners, dit onderstaande is by mijn met groote moeite en koste vergadert en te bekomen. ||

Het is weynig tijd geleden dat ik in 't licht gebracht en uytgegeven hebbe een groote nieuwe Vermeerderde || Zee-Atlas ofte Water-wereld, vertonende in sich alle de Zeekusten des Aardrijks, bestaande in seer nette || Kaarten, soo platte als wassende Graden, van veel fouten in 't voorgaande verbetert, en dat in vijf Talen, || te weten in Duits, Frans, Engels, Spaans en Italiaans, versien met 175 Kaarten, door Claas Jansz. Vooght Geometra || [a.]

Item een Groot Nieuwt Zeeboek op Olifants Papier, genaamt de Groote Nieuwe Lichtende Zeefakkel, verdeelt || in vijf Deelen. Het eerste deel wijst aan de geheele Oosterse en Noordse Scheepsvaart. Het tweede deel de ge- || heele Westerse Scheepvaart. Het derde deel de geheele Middelandsche Zee. Het vierde deel d'Americaansche || Oev'ren tusschen de Bank van Terraneuf en d'Amasones, met hunne onderbehoorende Eylanden: het vyfde || Deel, waar in vertoond worden de Guineesche en Brasilische Kusten; alles met een pertinente Beschrijvinge van || alle Havens, Baaijen, Reeden, Droogten, Diepten en Ondiepten, zeer naukeurig opgestelt. Als mede de Op- || doeningen van Landen; de Kaarten wijsen al te samen aan op wat Polus hoogten de Landen leggen, uyt ondervin- || dingen van besochte (sic.) schrandere Zeelieden te samen gebracht, door Claas Jansz; Vooght, Geometra. De boven- || staande vyf Deelen, zyn gedruckt in

[pagina 52]
[p. 52]

vyf Talen, te weten Duyts, Frans, Engels, Spaans en Italiaans. [het werk van noot (8).]

Ook een Zeemans Wegwijser, waar uyt de Stuurlieden de Navigatie leeren, in Quarto, door Claas Jansz. || Vooght, Geometra [b.]....

Idem een Nieuw Hemels Pleyn, door Claas Jansz. Vooght, Geometra: in 't Duyts, Frans, Spaansch en || Engels. [c]

Idem een Nieuw Zeerecht in Quarto. [d]

Benevens een Nieuwe Lootsmans Wegwijser in Quarto, door Claas Jansz. Vooght, Geometra. [e]

Als mede de vyftien Boeken van Euclides in Quarto, in 't Nederduyts, door Claas Jansz. Vooght, Geometra [het werk van noot (11).]

Idem de Tafelen Sinus, Tangens, en Secans, als mede de selvige met de Logarithmus, in Duyts en Frans, || door Claas Jansz. Vooght, Geometra [het werk van noot (1), (2), (3).]

Alsmede de Ruyt-Kaart in Duyts en Frans, met de Beschrijvingen in Quarto. [f]

... ...

en een Graad- || boek daar by gedruckt, daar pertinent in te zien is de Strekkingen en Kourssen, so na de Kaarten die van de Mis- || wysingen vergoed zijn, als die noch leggen om de miswysingen te vergoeden; op dat den gebruyker des te beter || daar mede kan te recht komen, in Duyts, Frans en Spaans. [Zie het werk in noot (12)]. Als mede een Luywagen in Quarto, waar in te zien || zijn de Tafelen der Zons breette, door Claas Jansz. Vooght, Geometra [g],

Idem een Hollandsche Scheeps-bouw, waar uyt men kan leeren een Schip van de grond op te bouwen. [h]

Als mede een Landmeeters Quadrant in Quarto door Claas Jansz. Vooght, Geometra.’ [het werk van de nooten (6) en (7).]

Van keulen eindigt met een verzoek van trouwe opgave van hetgeen ontdekt wordt ‘niet wel aangetekent of beschreven’ te zijn. Opdat ‘Uw arbeyd tot gemeene nut en aansien moge komen.’

Men ziet hieruit dat de werken [a], [b], [c], [e], [g], in het vorige niet beschreven, door de vooght werden uitgegeven, terwijl zulks van de werken [d], [f], [h], al is het niet volkomen zeker, toch waarschijnlijk is.

eind1)
* De || taafelen || sinuum tangentium || & secantium. || Of der || Hoekmaten, Raaklijnen en Snylijnen. || Met de || Logarithmis || Der Hoekmaaten, Raaklijnen en Snylijnen. || Mitsgaders de || Logarithmis Numerorum passende op de getal- || len van 1 tot 10000. || Waer door alles ligt door Toevoeging en Aftrek- || king uyt gewerkt wort. || Met eenige aanwijsing, om daar door alle Regtlinige en Bultige || Driehoeken en verscheyde Starkunstige Werkstukken op || te lossen. || En || Vermeerdert met de Tafel der vergrooten de breete, || en de Taaffel der Kromstreeken. || Door c.j. vooght, Geometra. || Vignette || t'Amsterdam by Johannis van Keulen, Boekverkooper over de || Nieuwe-Brug, in de gekroonde Lootsman. Anno 1685. || Den Autheur kent geen Exemplaren voor de sijne, als die gedrukt || zijn by Johannis van Keulen. in 8o.
A-Hh. blz. 1-491 (gepagineerd), bevat na den titel
Canon || Sinuum, || Tangentium, || Secantium, || Ad Radium 100000.00 || et || Logarithmorum || Pro Sinubus, Tangentibus & Secantibus || ad Radium 10.0000000.
blz. 2-181 die tafels zelve. Blz. 182 en 184 zijn wit. Bladz. 183 (zonder pagineering) geeft den titel
Tabula || Logarithmorum, || Pro numeris ab 1. ad 10000.
blz. 185-284 die tafel zelve.
blz. 285 (zonder pagineering) geeft den titel
Tafel || Der || wassende || Latitudo || Of der || Vergrootende broete.
blz. 600 (lees 286) 300 (lees 287) 288 - 307 die tafel zelve. Blz. 308 is wit. Blz. 309 (zonder pagineering) heeft den titel
Tafel || der || Kromstreken.
blz. 310-491 [de bladz. 488, 489 heeten verkeerdelijk 487, 488] die tafel zelve
Die voor de achste streek hebben op bladz. 473 (zonder pagineering) een afzonderlijken titel:
Taeel || der || Achtste streek.
eind2)
* De || Taeffelen || der || Sinuum, Tangentium en Secantium, || Ofte der || Hoekmaaten, Raecklijnen en Snylijnen, als mede de Logarithmi de Hoekmaaten || Raecklijnen en Snijlijnen, en achter de selve de Logarithmus Numeri || van 1 tot 1000. Met welcke Logarithmische Taaffelen dat alles || licht door toevoegingh en aftreckingh gereeckent wort. || en achter de selve volcht de || Taeffel der vergrootende Breedte, || als oock de || Taeffel der Krom-streecken. || Welcke alle na naeuwe toeversicht van veele te vooren by andere ingesloopene misslagen zyn || gesuyvert ende verbetert. || met Previlegie voor 15 Jaaren. || [Eene zeer fraaije vignette, voorstellende een zeeslag tusschen drie schepen, waarvan een de hollandsche vlag voert]. || t' Amsterdam, || by Johannes van Keulen, Boek- en Zee-Kaert-verkooper by de || Nieuwe Brugh in de Gekroonde Lootsman. Anno 1698. in 4o.
Deze titel is geheel gegraveerd: daarvoor gaat een dergelijke gedrukte titel met een ander vignet, mede voorstellende drie schepen, in houtsnede: Het jaartal is hier 1697. In verso van beiden komen de twee aangehaalde verzen voor; bij den eersten titel zijn deze gegraveerd en leest men daaronder
‘door klaas janse vooght Geometra || op Nieuws Oversien en Verbeetert || door Lieuwe Willems Graaf. Ao. 1698.’
A-T blz. 1-70 bevatten
blz. 1-45 de tafels der sinussen (cosinussen), tangenten (cotangenten), secanten (cosecanten) in 8 decimalen, met hunne logarithmen in 7 decimalen [zonder titel].
Blz. 46-70 de logarithmen der getallen in 7 decimalen met den titel, boven aan bladz. 46.
‘h. briggii || Tafel || der || Logarithmi, || Voor de geheele getallen in natuurlikke ord're || opgaande van een tot 10000.’
K-R. (64 bladzijden zonder paginatuur) bevatten de, ‘Tafel der vergrootende breete’, de tafel der Kromstreken: nog op de beide laatste bladzijde, ‘Tafel des Tyts’, || Bereekent op 53 graade breete. ||
Van deze tafels zijn de vellen A tot H, Q en R op koper gegraveerd, de vellen I tot P echter gedrukt.
eind3)
* De gegraveerde titel is dezelfde als de voorgaande, behalve dat de beide regels boven de vignetten, ‘gesuyvert enz.’ hier vervangen worden door
‘door de letter druk Gekomen, hebben om dit voortekomen alle in koperen Platen || laten Snijden, en de Streek tafel berekent tot 80 Graden met Previlegie.’
terwijl het jaartal ‘1698’ veranderd is in ‘1707.’ Bovendien is het onderschrift onder de beide verzen in verso van den titel, weggevallen. Alle vellen zijn nu geheel gegraveerd.
eind4)
* Essai || d'une || Bibliographie || Neerlando-Russe. || Catalogue || d'une collection remarquable || de Livres, Atlas, Cartes, || Portraits, Planches, Manuscripts, || Hollandais et de plusieurs Livres Étrangers, || tous concernant || La Russie et la Pologne. || Avec des notices bibliogbaphiques et historiques sur les écrits de = Aitzema, Blaeu, Massa, Waghenaer, Witsen, &c. || Plusieurs sur les portraits et planches historiques, || et une table systématique, || Le tout recueilli, décrit, et offert aux prix marqués par f. mulier. || Amsterdam || frederic muller. || 1r Octobre 1859.
I-VIII. 1-22. blz. 1-174. in 8o.
eind5)
De Boekdrukkers || Boekverkoopers en Uitgevers || in = Noord-Nederland, || sedert de uitvinding van de boekdrukkunst tot den aanvang || der negentiende eeuw. || door || a.m. ledeboer. || m.d. || Eene Proeve. || Te Deventer. || Gedrukt bij a. ter gunne || 1872. || (niet in den handel). in 4o.
XVI blz.
1-49 blz. 1-388.
eind6)
*Quadrans || astronomicus || Et || geometricus: || Ofte || Grondige Onderwijsingh aangaande || 't maakzel en 't veelvuldigh gebruyk des || Quadrants || Beschreven door || claas jansz. vooght Geometra. || Leermeester der Wiskonst tot Amsterdam. || De vignette: een schip met volle zeilen || 't Amsterdam || By jacobus romyn, Boekver-kooper, in de Nieuwebrug-steeg. 1681. in 4o.
In verso van den titel staat de ‘inleydingh’
blz. 3-13. 't Eerste Deel || Van 't bereytzel des || Quadrants. Acht Voorstellen
blz. 13-21. 't Tweede Deel || Van 't gebruyk des || Quadrants: || Toonende 't selve in de Sterkonst. Seventien Voorstellen
blz. 21-24. 't Derde Deel || Van 't gebruyk des || Quadrants. || Toonende 't selve in de Meetkonst. Zeven Voorstellen.
A-C, met eene plaat.
eind7)
* Deze uitgave is volkomen gelijk aan de vorige, behalve dat boven de vignette, hier een stuurman met zijne attributen voorstellende (geteekend door A. le Duc F.), hier nog staat,
‘Zynde deze laatste Druk verbetert, met het vernieuwen der exempelen || na het Jaar 1700., en van alle voorgaande Drukfouten gesuyvert.’
en onder de vignette
‘t' Amsterdam, || By johannes loots, Boek- en Kaart-Verkooper, || in de Nieuwe Brugsteeg, in de Jonge Lootsman. 1714.’ in 4o.
eind8)
De nieuwe groote || Lichtende zee-fakkel, || 't Eerste deel, || Verthoonende de Zee-Kusten van Holland, Vriesland, Holstein, Jutland, Meklenburgh, Denemarken; || Noorwegen, d'Oost-kusten van Engeland en Schotland, Sweeden, Pomeren, Pruyssen, Lijfland, Fin- || land, Finmarken en Rusland, met d'onbehoorende (sic) Eylanden / als oock d'Orcades, Hitland, || d'Eylanden van Fero, Ysland, Spitsbergen, en Jan Mayen Eyland. || Mitsgaders 't Tweede en Derde Deel van de Westersche en Straetsche Scheepvaart. || Als mede || De Beschrijvingh van alle Havenen/ Bayen/ Reeden/ Drooghten/ Diepten/ Streckingen en opdoeningen van Lan- || den/ op de ware Poolshooghte geleyd/ uyt ondervindinghe van veele Ervarene Stuurlieden / || Loodtsen/ en Lief-hebbers der Zee-vaart. || vergadert || Door claas jansz. vooght, Geometra, Leermeester der Wiskonst. || t'Amsterdam, Gedruckt voor johannes van keulen, Boek- en Zee-kaart-verkooper aan || de Nieuw-brugh in de gekroonde Lootsman, 1682. || Met Privilegie voor 15 Jaren. in folio.
Boven den titel komt hier, even als in de vier volgende deelen, eene groote, telkens verschillende plaat voor, geteekend en gegraveerd door Jan Luyken.
In verso van den titel staat het, ‘Privilegie,’ gegeven, ‘den xvij July in 't Jaer ons Heeren en Salighmakers duysent ses hondett (sic) en tachtigh.’ De volgende bladzijde bevat de
‘Opdracht || Aen d'Edele Manhaften Held || cornelis tromp, Grave van Syllies-burgh, Ridder, Baron, en Admiraal Generaal van Sijne Koninghlijcke || Majesteyt van Denemarken, en Luytenant Admiraal van de Vereenigde Nederlanden.’ zij is gedateerd: ‘Amsterdam den 30 Wijnmaand || des Jaars 1681.’
In verso de ‘Voorreden || Aen den || Leser.’
A-Y. blz. 86. Acht Verthooninghen met 33 kaarten.
De nieuwe groote || lichtende zee-fackel, || 't Tweede Deel. || Vertoonende de Zee-Kusten van het Zuyderste gedeelte van de Noord-zee, 't Canaal, 't Westersche || gedeelte van Engelandt en Schotlandt, Yrlandt, Vranckrijck, Spangien, Marocco, Gualata, || Genehoa en Gambia, met de onder-behoorende Eylanden, mitsgaders de Vlaamsche, || Canarische en Soute Eylanden. || Als mede || De Beschrijvingh van alle Havenen, Bayen, Reeden, Drooghten, Diepten, Streckingen en Opdoeningen van Landen: || Op de ware Pools hooghte geleyd. Uyt ondervindinge van veel ervarene Stuurlieden, Lootsen en Liefhebbers der Zeevaert, vergadert. || Door jan van loon, en claas jansz. vooght, || Geometra, Leermeester der Wis-konst. || t' Amsteldam, Gedruckt voor johannes van keulen, Boeck- en Zee-Kaert-verkoper, || aen de Nieuw-brugh, in de gekroonde Lootsman. 1682. || Met Privilegie voor 15 Jaren. in folio.
De titel is van achteren wit: dan de ‘opdracht || Aan d'Heer || Mr. koenraad van beuningen. || Burgemeester en Raad der Stadt Amsterdam.’ gedateerd ‘Amsterdam, den 25 van Grasmaend || des Jaers 1681.’ (1 blz.) de ‘Voorreden || aen den || Leser’ (1 blz.).
A-Bb blz. 1-98. Zeven Verthooningen met 38 kaarten.
De nieuwe groote || Lichtende zee-fackel, || 't Derde Deel. || Verthoonende de Kusten van Granaden, Catalonien, Provence, Italien, Dalmatien, Grieken, Thracien, || Natolien, Syrien, Egypten, en de geheele Noordkust van Barbaryen, met alle haer onderbehoo- || rende en tusschen leggende Eylanden || Als mede || De Beschrijvingh van alle Havenen, Bayen, Reeden, Drooghten, Diepten, Streckingen en Opdoeningen van Landen. || Op de ware Pools hooghte geleyd. Uyt ondervindinge van veel ervarene Stuurlieden, Lootsen en Liefhebbers der Zeevaert, vergadert || Door claas jansz. vooght, || Geometra Leermeester der Wiskonst. || t'Amsteldam, Gedruckt voor johannes van keulen, Boeck- en Zee-Kaart-verkoper, || aen de Nieuw-brugh, in de gekroonde Lootsman. 1682. || Met Privilegie voor 15 Jaren. in fol.
De titel heeft in verso hetzelfde privilegie als in het eerste Deel. Dan de, ‘opdracht || aan d'Heer || Mr. niklaas witzen, || Burgermeester en Raad der Stadt Amsterdam.’ (1 blz.) gedateerd ‘Amsterdam den 12 van Grasmaand || des 's Jaers (sic) 1682.’ Dan de ‘Voor-reden || Aan den || Leser’ (1 blz.).
A-Z blz. 1-92. Zesthien Verthooningen met XVII kaarten.
De nieuwe groote || Lightende zee-fakkel, || 't Vierde Deel. || Verthoonende de Zee-Kusten van Gujana, Venezuela, Carthagena Nova, Costa-Rico, d'Honduras, Yucatan, || Mexico, Florida, Carolina, Virginia, Niew (sic) Nederland, Niew Engeland, Niew Vrankrijk, Terra Neuf, || en de Noorder Zee-Kusten van America, met d'onderbehoorende en tusschen-leggende Eijlanden. || Als mede || De Beschrijvingh van alle bekende Havenen, Bayen, Reeden, Drooghten. Streckingen en Opdoeningen van || Landen. Alles op haar waare Polus-hooghten geleyd. Uyt ondervindingen van veel ervarene Stuurlieden, Lootsen en Liefhebbers der Zeevaert, vergadert. || Door || claas jansz. vooght, Geometra, Leermeester der Wiskonst. || t' Amsterdam, || By johannes van keulen, Boek- en Zeekaart-verkooper, aan de Nieuwe-Brugh, in || de Gekroonde Lootsman. 1684. || Met Praevilegie voor 15. Jaren. in folio.
In verso van den titel staat dezelfde Privilegie als boven: dan de ‘Opdracht || Aan d'Heer Mr. jacobus boreel, || Hooft-Officier en Raad der Stad Amsterdam’ gedateerd ‘Amsterdam den 1. Wintermaand || des Jaars 1684.’ De vorige opdrachten waren alle van johannes van keulen: hier heeft claas jansz vooght, Geometra, haar mede onderteekend (1 blz.). ‘Voorreeden || aan den || Leeser’ (1 blz.).
A-IV blz. 1-52. twee en twintigh Verthooningen met 23 kaarten.
De nieuwe geoote || Lichtende zee-fakkel, || 't Vyfde Deel. || Verthoonende de Zee-Kusten van Guinea, Angola, der Caffers en Brazilien, met d'onderbehoorende en tusschen- || leggende Eylanden/ noyt voor deesen aldus beschreeven. || Alsmede || De beschrijvingh van alle bekende Havenen, Bayen, Reeden, Drooghten, Strekkingen en Opdoeningen van Landen. || Alles op haer waere Polus-hooghte geleyd. Uyt ondervindingen van veel ervarene Stuurlieden, || Lootsen en Lief-hebbers der Zeevaert vergadert. || Door claes jansz. vooght, Geometra, Leermeester der Wiskonst, die geen voor de ijne kent als || die by johannes van keulen, gedruck tzijn. || t'Amsterdam, || Gedruckt by johannes van keulen, Boeck- en Zeekaartverkooper aan de Nieuwe-brugh in de gekroonde Lootsman / 1683. || Met Previlegie voor 15 Jaren. in folio.
Achter den titel vindt men weder het Privilegie: dan ‘Opdracht || Aan d'Heer || johannes hudde, || Burgemeester en Raad der Stad Amsterdam,’ geteekend alleen door ‘claas jansz. vooght. Geometra. Amsterdam den 1. Sprokkelmaand || des Jaars 1687.’
A-E blz. 1-20. 't Eerste Boeck. Negen Verthooningen met 9 kaarten. No. 1-9.
Aa-Ee blz. 1-20. 't Tweede Boeck. Thien Verthooningen met 10 kaarten. No. 10-19.
eind9)
* Klaar Bewys || over het || onmogelyk || der || Oost en Westvinding, || In welke word aangetoond de vergeefse arbyd om het || Lengde-schil in zee te vinden, door de wonderlyke en || ongestadige loop der Maan, door Uur-werken, || Zand-lopers, en de Magneetnaalde &c. || Alles zonne-klaar voorgesteld, en bevestigt mei verschyde waarneeminge tot dien eynde || van den Autheur gedaan, met een instrúment van 44 voeten half middel-lyn. || En werd den weg gebaand om indien het te doen was, in zee en op land het || Oost en West door de Maans-loop te vinden: en nieuwe berekende Tafe- || len tot de Zons-loop, berustende op deszelfs gedane waarneminge. || Te samen gesteld en in 't ligt gegeven || Door || dirk jacobsen slikker, || Oud Schipper en groot Liefhebber der Wiskonst tot Akersloot. || vignette. || t'Amsterdam, || Gedrukt voor den Autheur, || En zyn te bekomen by joannes loots, Boekverkooper in de Nieuwe || Brugsteeg, in de Jonge Loots-man. 1703. in 4o.
VIII blz. bevatten den titel, en in verso een Lof-digt van S. V M.; een ‘Aan den || Lezer.’ (3 blz.) geteekent ‘Geëyndigt in Akersloot den 8 April 1703.’; Blad-wijzer (3 blz.) met de ‘Druk fouten’ en eene plaat.
A-V. blz. 1-155 en 5 bladz. zonder pagineering en 4 platen.
eind10)
De || Nieuwe groote || Lichtende || Zee-Fakkel || enz. Vergadert door Wijlen || claas jansz. voogt, || Geometra en Leermeester der Wiskonst. || zijnde deeze Druk merkelijk vermeerderd en verbeeterd. || Door || gerard hulst van keulen. || Te Amsterdam, || Bij gerard hulst van keulen, Zeekaart- en Boekverkooper, Compas, Sextant, Octant, || Graadboog en Mathematisch Instrumentemaker, aan de Oostzijde van de Nieuwenbrug, 1788. in folio.
Vijf deelen tekst en vijf deelen kaarten.
Achter de tekst volgt eene ‘Ampliatie’ ‘Verzameling van Landvertooningen’ door den schrijver F.J. Wierts opgedragen aan Prins Willem den V.
eind11)
* Euclidis || Beginselen || der || Meetkonst, || Vervaat in 15 Boeken, || waar by 't 16 Boek. Fr. Flussatis Candallae. || Begrijpende de Beginselen, op dewelke de gant- || sche Wiskonst rust, || Daarom ook te recht genaamt || Beginselen der Wiskonst. || Eerst in onse nederduytse taal met alle omsightigheyd, kort- || heyd en klaarheyd opgesteld || Door || claas jansz. vooght Geometra, || Geswooren Landmeeter en Leermeester, in de Wiskonst, als Stuur- || manskonst enz. tot Amsterdam. || Καϑαρμοὶ ψυχῆς λογικῆς εἰσιν αἱ μαϑηματικαὶ έπιστῆμαι. Hierocl. || vignette || t' amsterdam, || By johannes van keulen, Boeken-Kaartverkoper, bij de Nieu- || we-Brugh, in de gekroonde Lootsman. Anno 1695. || Met Privilegie voor 15 Jaren. in 4o.
24 bladz. (zonder paginatuur) bevatten titel, Privilegie (2 blz.) hetzelfde als dat bij Noot (8), en Opdracht aan ‘Wel-Edele Groot-Agtbare Heer, || de Heer || nicolaas witsen, || Burgermeester en Raad der Stad Amsterdam, enz.’ (4 bladz.) gedateerd t' Amsterdam op St. || Niclaas dag den || 6. December des || jaars 1694.’; Inleyding (8 bladz.); twee verzen van carel vander hem (5 blz.) 1 dito van M. Groenendijk ‘Leerlings aanspkaak || of || dankbaarheid || Aen zijn || Meester claes jansz. voogd. || Wanneer dien beroemden Wiskonstenaar Euclidem in zijn ge- || heel en meer daar toe hem voor S. Niclaas gift gaf.’ (3 blz.).
A-Pppp. blz. 1-671.
eind12)
* Nieuw amsterdammer || Graad-boek, || Inhoudende de Tafelen der Declinatie des || Zons tot Ao. 1700. mitsgaders der Noord-Sterren, || en der andere voornaamste vaste Sterren: Als ook || verscheyde andere Tafelen: bereekent || tot Ao. 1700. || Berekent op den Meridiaan deser Landen. || Gedienstigh voor alle Zeevaarende Lieden. || Met een kort begrijp van alle Langhs- en Dwars- || courssen, van d'Oosterse, Noordse, Westerse || en Straatse Scheepvaart: || Soo na een rechtwijsendt/ als na de hedendaeghse || waargenoomene miswijsende Compassen gevoegt. || Door c.j. vooght, Geometra || Leermeester der Wiskonst tot Amsterdam. || vignette: drie schepen met volle zeilen en twee dolfijnen || t'Amsterdam Bij Joannes van Keulen, Boekverkooper / || en Graadboog-maker aan de Nieuwebrugh/ in de || Gekroonde Lootsman/ Anno 1696. in 8o.
A-O, 224 bladz. (niet gepagineerd).
Het werk wordt voorafgegaan door een ‘Tot den || Leeser’ (2 bladz.)
Vóór vel H vindt men den titel
‘Almanach, || Nae || De Nieuwe Stijl, || Der 7 aan-een-volgende Jaaren, van || 't Jaar 1694, tot 't Jaar 1700. || Gestelt || Op den Meridiaan der Stadt || vignette, dezelfde als op den hoofdtitel || t' Amsterdam, || Bij Johannes van Keulen, Boekverkooper / en Graad- || booghmaker/ aan de Nieuwe brugh/ in de Ge- || kroonde Lootsman.’
Deze Almanach beslaat slechts tien bladzijden. Daarop volgt de titel, ‘Een kort Begrijp || Van alle || Langhs- en Dwars-courssen || van d'Oosterse, Noordtse, Wester- || se en Straatse Scheepvaart: || Soo na een rechtwijsend, als na de heeden- || daaghse waargenoomene mis-wij- || sende Compassen gevoegt || En dit alles na de naauwkeurigste ondervindingen || van verscheyde en ervarene zee-luyden. || vignette, drukplaats, enz. hetzelfde als op den vorigen titel. ||
eind13)
* Nieuw verbeterd || Graad-Boek, || Inhoudende de Tafelen der Declinatie des Zons, || met het verlopen derzelver tot Ao. 1800, mits- || gaders die der Noord en andere voornaamste || vaste Sterren, als ook verscheyde andere || Tafelen. || Voor eenige Jaaren. || Berekent op de Meridiaan dezer Stad. || Dienstig voor alle Zeevaarende Lieden || Met een kort begrip van alle Langs en Dwars || koersse van d'Oosterse, Noordse, Westerse, || en Straatse Scheepvaart. || Zoo na een rechtwyzend als na de waarge- || noome miswyzende Compassen gevoegt. || Opgestelt door || c.j. voogt, Geometra. || Op Nieuw overgezien en verbeterd, naar || de Nieuwste Autheuren. || Met de nieuwe Zons Declinatien. || vignette || t' Amsterdam, || By joannes van keulen en zoonen, || Boek- en Zeekaart-verkopers, Compas, Oc- || tant en Graad-boog-makers, aan de Nieuwen- || brug, in de Gekroonde Lootsman. 1776. in 8o.
Van de vier eerste bladzijden (zonder paginatuur, die trouwens in het geheele werk ontbreekt) komt de titel op blz. 1, het ‘Tot den || Leezer’ || op bladz. 2 en 3; terwijl het werk begint op blz. 4. Later is tusschen blz. 2 en 3 van het tot den Leezer ingeplakt de ‘Copy van de Previlegie’ (2 bladz.) gedateerd ‘op den 16den April in 't Jaar onzes Heeren || ende Zaligmakers Duizent Zeevenhondert Agt en Zeventig,’ dus twee jaren na het jaartal dat op den titel voorkomt. Verder
A-F (96 bladz) het werk zelf.
G-M (96 bladz.) de tafels der langs en dwars-koersen met den titel:
Een kort || Begrip || van alle || Langs- en Dwars-Conrssen van d'Oos- || terse, Noordse, Westerse, en Straat- || se Scheepvaart: || Soo na een rechtwijzend, als na de || waargenoomene miswysende || Compassen gevoegd. || En dit alles na de naaukeurigste ondervindingen van verscheide ervarene Zee-luyden. || Door c.j. voogt, Geometra. || vignette. || t'Amsterdam, || Bij joannes van keulen en zoonen, || Boek- en Zeekaartverkoopers, Compas, Octant, || Graadboog, en Matth: Instrumentmakers, || op de Hoek van de Nieuwe Brug, in de || Gekroonde Lootsman. in 8o.
eind14)
* Stelkonstige || Reeckening || van den || Regenboog, || Dienende tot naedere samenknoping || der Natuurkunde met de Wiskonsten. || vignette: eene sphaera armillaria. || In 's Gravenhage, || Ter Druckerye van Levyn van Dyck, || M.DC.LXXXVII. in 4o.
In verso van den titel eene aanhaling uit ‘Cicero Tusculanarum quaestionum’ || Lib. 1 in princ. || ‘In summo apud illos honore Geometria || fuit, itaque nihil Mathematicis illustrius. || At nos metiendi rationandique utilitate hujus || artis terminavimus modum.’
Daarop een ‘Aen den Lezer’ (2 blz.).
A-B. blz. 1-20, met zes tusschen de tekst gedrukte meetkundige figuren.
eind15)
*'t Vergulde Licht || der || Zeevaart, || ofte || Konst der Stuurlieden. || Zijnde een volkomen en klare Onderwijsinge der Navigatie, bestaande in 't || geen een Stuurman hoognodig behoorde te weten. || In 't licht gebracht door || claas hendriksz. gietermaker, in sijn leven Exami- || nateur van de Geoctroyeerde Oost- en West-Indische Compagnie. || Voor de eerste maal by my Gedrukt. || Het vierde Boeck vermeerdert met de Ontbindingh van verscheyde konstige t'saam- || gevoegde Questien, door frans vander huips. || Als mede de Exame der Stuurlieden, en d'Instructien van de eigenschap der Winden in 't vaarwa- || ter tusschen Nederlant en Java, en van de Naalden, Parallel leggende onder de Roos van 't Compas, || de Declinatie Tafelen verlengt tot 't Jaar 1727. En achter aan de Logarithmus Tafelen, || van Sinus, Tangens- en Secans, &c. || Van de voorgaande druk-fauten volkomentlijck gezuyvert en gecorrigeert, || Door nicolaas de vries, Leermeester der Wiskonst alhier. || vignette: een schip in volle zeilen, met hollandsche vlag || t' Amsterdam, || By johannes van keulen, Boek en Zeekaart-verkooper / en Graadboogmaker/ || aan de Oost- zijde van de Nieuwe-brug/ in de Gekroonde Lootsman/ 1697. || Met Previlegie voor 15 Jaaren. in 4o.
Dit is eene van de vele uitgaven van dit zeer gezochte werk: de eerste druk is van 1660, de tweede is van 1671*, de derde van 1683, de vierde is de bovengenoemde van 1697*, de vijfde is van 1707, de zesde van 1712, de zevende van 1728, de elfde van 1742*, de twaalfde van 1774*. Latere drukken zijn mij niet voorgekomen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken