[Cornelius de Kranckel]
KRANCKEL (Cranckel) (Cornelius de) (ook voorkomende als Kranckel), wiens naam in geen in dr. verschenen Album Stud. van Nederlandsche hoogescholen vermeld wordt, werd, na in 1664 door de Classis van Gorinchem praeparatoir geëxamineerd te zijn, in 1665 (blijkens handel. v.d. Kerkeraad) bevestigd als predikant te Veen. Hij diende deze gemeente tot zijn overlijden in Nov. 1708.
Hij woonde als Deputaat van de Classis van Gorinchem verscheidene Part. Synoden van Zuid-Holland bij, werd ook meermalen aangewezen als Visitator ecclesiarum en als Visitator librorum en hield tot sluiting van de Part. Synode te Brielle den 17en Juli 1693 ‘een seer stichtelijcke, geleerde en beweeghelijcke predicatie over 2 Cor. 13, vers 11’. Bij zijn overlijden liet hij uit zijn huwelijk met Catharina Vasseur o.a. een zoon na, Johannes de Kranckel, die als predikant eveneens slechts één gemeente heeft gediend; te Wateringen bev. als proponent in 1697, overleed hij aldaar 14 Sept. 1721.
Van C. de Kranckel zijn geen afbeeldingen bekend.
Hij gaf in het licht:
Naeckte Ontdeckinge der Valscher Propheten: zijnde de schadelijcke Vyanden der Waerheydt die buyten ons zijn, ende de rechtsinnige Leere der Waerheydt van alle kanten tegen gaen en bestrijden voorgestelt. Dordr. 1674. (De opdracht aan eenige nader genoemde predikanten is gedat. 2 Jan. 1674). Het 2e ged. onder afz. titel m. nieuwe pagin. en opdracht van Anna v. Nassau, Gravin v. Hornes). (Fr. Muller, Bibl. v. Ned. Pamfl. 3e Dl. no. 7239; Rogge, Cat. Pamfl. Rem. Bibl., II St. I Afd., blz. 183). - De verstandige Joden, ofte de drie onverwinnelicke Israëlitische Jongelingen, mannelick
|