het proponents-examen af. Een paar jaren moest hij wegens het groot aantal proponenten op een beroep wachten, maar op 8 Maart 1835 door de Luthersche gemeente te Wildervank tot voorganger gekozen, verbond hij zich den 10en Mei d.a.v. aan haar en diende haar tot den 3den October 1847. Een beroep naar Rotterdam, in 1846 met algemeene stemmen op hem uitgebracht, nam hij niet aan, maar wel dat naar Pekela, waar hij op 11 Juli 1847 als predikant was gekozen. Van 10 October 1847 was hij daar werkzaam, totdat Rotterdam, na het overlijden van Ds. Hollinghausen, den 8en Augustus 1855 weder een beroep op hem uitbracht. Nogmaals bedankte Koch, maar toen hij op 18 September d.a.v. voor de derde maal het beroep ontving en een commissie uit den kerkeraad naar Pekela kwam, om hem tot aanneming over te halen, gaf hij aan dat zoo nadrukkelijk uitgesproken verlangen toe. Den 15en Juni 1856 deed hij te Rotterdam intrede en mocht op 10 Mei 1886 zijn 50-jarigen dienst als predikant herdenken, een voorrecht dat gedurende het 281-jarig bestaan der Rotterdamsche gemeente slechts aan één harer leeraren (Franciscus Smit in 1778) was te beurt gevallen. Koch memoreerde bij die gelegenheid, dat hij te Rotterdam 278 huwelijken had ingezegend. Een borstkwaal noodzaakte hem, tegen 1 Mei 1886 emeritaat aan te vragen en verhinderde hem, een afscheidsrede te houden; zijn ambtgenoot H.C. Lohr las het door hem geschreven woord voor. Hij vestigde zich eerst te St. Anna bij Nijmegen en in November 1888 te Charlois, waar hij reeds op 9 Januari 1889 overleed.
Eilers Koch was een man van veelzijdige kennis, zijn prediking helder en degelijk, zijn karakter zachtmoedig en vriendelijk. Rechtzinnig van overtuiging, verkondigde hij het Evangelie ‘in den geest des jongers, dien Jezus liefhad’. Warm voelend voor zijn Luthersche kerk, was hij allerminst onverdraagzaam of bekrompen; zoo herdacht hij in zijn gemeente op 29 Mei 1864 Calvijn's sterfdag (27 Mei 1564) met dank aan God, voor hetgeen Calvijn voor het Protestantisme gedaan had.
Jarenlang heeft Eilers Koch zitting gehad in de Synode, ook is hij lid geweest van de Synodale Commissie, doch toen het modernisme in de Luthersche kerk de overhand kreeg, moest hij aan een vrijzinnige zijn plaats afstaan. Tegemoetkomend jegens de Hersteld-Lutherschen, was het zijn werk, dat voor de eerste maal een Hersteld-Luthersch predikant (Ds. Helwig) in de Evang.-Luthersche kerk te Rotterdam een godsdienstoefening leidde. Ook heeft hij met goeden uitslag medegewerkt aan de verwezenlijking van zijn lievelingsdenkbeeld, om den werkkring van het Luthersch Genootschap voor In- en Uitwendige Zending uit te breiden. Oorspronkelijk door Ds. Lentz gesticht, om de heidenzending in Lutherschen geest ter hand te nemen, wilde Koch het maken tot een kring van rechtzinnige Lutherschen (Evangelisch en Hersteld), om zich tegenover het modernisme te handhaven. Deze reorganisatie, die volkomen gelukte, is voor een groot deel het werk van Eilers Koch geweest.
Behalve een uitmuntende fotografie, bestaat er van hem een fotografisch kaartje, beide vervaardigd door G. Hoogwinkel..
Van zijn hand verscheen in druk: Kleine stukjes voor 't volk (Amst. 1848). - Zedeleer in spreuken (Amst. 1849). - Eigen brood bovenal (Amst. 1853). - De Wartburg, Luther's verblijfplaats van 1521-22, bezocht en geschetst (Gron. 1854). - Humor uit Jean Paul's nagelaten werken (Gron. 1855). - Gellert, het beeld des opregten vromen Christens (Wilderv. 1855). - Uit Luther's leven en tijd (Gron. 1856). - Ponticus en Blandina (Rott. 1861). - Gelooft in God, en gelooft ook in Mij. Vijftal preeken (Rott.