Biographisch woordenboek van protestantsche godgeleerden in Nederland. Deel 3
(1919-1931)–Jan Pieter de Bie, Jakob Loosjes– Auteursrecht onbekend[Wilhelmus Heshusius]HESHUSIUS (Wilhelmus), zoon van Everhardus Hendrik Heshusius, Conrector en Inspector Seminarii te LingenGa naar voetnoot1), werd aldaar geboren in Oct. 1730. Vermoedelijk te Franeker studeerde hij. Proponent geworden bij de classis van Zevenwouden werd hij den 3en Sept. 1753 peremptoir geëxamineerd te Workum, waarna den 16en d.a.v. zijne bevestiging plaats had te Hindeloopen door Ds. Lud. Schraver, pred. te Molkwerum (m. 1 Petr. V:2-4) en door Ds. M. Brouerius, pred. te Koudum (m. Ps. XXVII:4). Hem werd een tractement van f 700. - toegelegd zonder bezwaar van het rectoraat der Latijnsche School. Reeds in 1754 werd hij aangetast door ongesteldheid en zwakte, zoodat de stedelijke regeering besloot tot eene ‘extra ordinaire en politique beroeping’ van een tweeden predikant, die hem nog in datzelfde jaar werd terzijdegesteld. Heshusius bleef nochtans in dienst te Hindeloopen totdat hij er den 10en Nov. 1776 afscheid preekte (m. Rom. XV:33), om te vertrekken naar Dokkum, waar hij den 17en d.a.v. zijn intrede deed (m. Hand. XVI:4). Hij overleed te Dokkum den 23en Jan. 1781. W. Heshusius was praeses van de Prov. Synode van Friesland in Juni 1765. Hij was eerst gehuwd met Jelleana Anna ab Hoytema; na haar overlijden met R. Bruining, die hem met een dochter, en drie kinderen uit zijn eerste huwelijk overleefde. Portretten zijn van hem niet bekend. Van hem zag het licht: De wetenschap der Levendigen dat zij sterven zullen, vertoont uit Pred. IX:5a, zijnde dit eene uitvoerige Kerkelyke Redenvoering, bij gelegentheid v.d. onverwagten Dood v. hare Doorlugt. Hoogh. Maria Louisa, geb. Prinsesse v. Hessenkassel, enz. enz. enz. Princesse Douar. [sic] v. Oranje en Nassau enz. enz. enz. Overleden op desselfs Vorstelyk | |
[pagina 774]
| |
Paleis te Leeuwaarden, den 9 v. Grasmaand 1765. Uitgespr. den 19 v. Bloeimaand deszelven Jaars. Amst. 1765. 4o. - De Evangelie Kerk verheerlijkt door Christen Overheden, of Leerreden over Jes. XLIX:23a, bij gelegenheid v.h. hoge Huwelyk v. Zyne Doorlucht. Hoogh. enz. enz. enz. Erf-Stadhouder en Erf Opperwapen- en Krijgsgebieder te water en te Lande v.d. vrye vereen. Gewesten enz. enz. enz. en haare Kon. Hoogh. Frederica Sophia Wilhelmina, Prinses v. Pruissen, enz. enz. enz. plegtiglyk voltrokken in de Hoofdstad Berlin, den 4. v. Wynmaand 1767, en nu in 't licht gegeeven. Amst. 1768. 4o.Ga naar voetnoot1) v. Abkoude-Arrenberg, (Naamreg., blz. 227) vermeldt nog van hem: Viertal Kerkelyke Redenvoeringen. Leeuw. 1768. 4o. - Drietal Leerr., uitgespr. bij merkwaardige gebeurtenissen. Dokkum. 1777. 4o.Ga naar voetnoot2) In de Boekz. komen van hem de volgende Latijnsche gedichten voor: In Obitum Viri Reverendi & Doctissimi Matthei Brouerii, V.D. Ministri in pago Coudum, dum fuit, Meritissimi. Qui deposuit, quod mortale habebat. a.d. 8 Aug. 1761. Epitaphium. Jrg. 1761b, blz. 236. - Carmen Congratulatorium Dedicatum Clar. & Doct. Viro, H.J. Arntzenio, J.U.D. in Gymnasio Zutphaniensi Prof. Scholarum Rect. & Bibliothecario. Jrg. 1763b, blz, 485, 486. - Naenia Funebris in tristem Obitum Viri Reverendi Guilielmi Themmenii, Theologi Summi, dum fata benigniora sinerent, apud Arnhemienses Aeterni Euangelii Praeconis αϰριβεσῖατος. Jrg. 1765a. blz. 255, 256. - In Acerbissimam Mortem Viri Reverendi Wynandi Winterswyk, Theologi Solidissimi, Dum fata benigniora sinerent, in Ecclesia Leovardiensi actezni Euangelii Praeconis Meritissimi Epitaphium. Jrg. 1766b, blz. 626 (onder: Gedichten op byz. gelegentheden gemaakt.) Litteratuur: v.d. Aa, Biogr. Wdb. VI, blz. 218. - Romein, Pred. Friesl., blz. 402, 456. - Hs. Borger. - Boekz. Jrg. 1765b, blz. 82, 366; jrg. 1768a, blz. 219; jrg. 1781a, blz. 208. |
|