[Jonathan Helosius]
HELOSIUS (Jonathan) was volgens Gisb. Voetius een schuilnaam, waaronder Sam. Maresius hem had aangevallen. Voetius nl. beklaagde zich bij gelegenheid der Utrechtsche Synode van 1651 dat het de Groningsche hoogleeraar was, die door het boekje getiteld Jonathanis Helosii hyperaspistes ‘syn goede naem dapper had aengetast’; weshalve Utrechts primarius theologiae professor terwille van zijn onschuld en uit liefde tot de eer van zijn ambt, niet nalaten kon zich tegen dezen aanval te verdedigen. (Duker, Voetius. III. p. LXX, LXXIII.)