רזצה ןבא i.e. Lapis Adjutori, sive Lexici Philologici Hebraeo-Chaldaeo-Sacri Pars Prima, Etc. Dat is, Eben Hagneser, d.i. Steen des Hulpmiddels, of het Eerste Deel v.h. Hebreeuwsche en Chaldeeuwsche Woortboek, behelzende alle de Hebreeuwsche en Chaldeeuwsche Woorden v.h. O. Verbont, welke in de twee eerste letteren v.h. Hebreeuwsche A B C (naemlyk de Aleph en Beth) voorkoomen: die door eene Taelkundige en Godtgeleerde Uitlegging opgeheldert worden; waerin de Oorsprongen der Woorden aen de hant gegeeven, der zelver kracht en nadruk aengetoont en de verscheide betekenissen in de H. Schrift opgegeeven worden: met eene vergelykinge van allerleie Uitbreidingen en Overzettingen, zoo Oostersche als Westersche: zynde hier ook te hulpe geroepen alle de beste Woortboekschouvers, Oordeelkundige Uitleggers en Kanttekenaers, met noodige Bladwyzeren. Harderw. 1716. 4o.
v. Abkoude-Arrenberg t.a.p. noemt bovendien ook van hem:
Historisch verhaal van de geboorte, het leven en den dood van C. Jansenius. 4o.
Litteratuur: v.d. Aa, Biogr. Wdb. VI, blz. 119. - Alb. Stud. Gelro-Zutphan., p. 39. - v. Abkoude-Arrenberg, Naamreg., blz. 219. - Boekz. Jr. 1717a, blz. 255-283.