Biographisch woordenboek van protestantsche godgeleerden in Nederland. Deel 3
(1919-1931)–Jan Pieter de Bie, Jakob Loosjes– Auteursrecht onbekend[Johannes Bernardus Folkerus Heerspink]HEERSPINK (Johannes Bernardus Folkerus) werd den 21en Dec. 1812, geboren te Sleen uit het huwelijk van Johannes Herman Heerspink, pred. ald., en Janna Gosselaar, bezocht het Gymnasium te Lingen, werd ingeschreven als student te Groningen den 12en Sept. 1832. Den 6en Oct. 1836 tot proponent bevorderd door het Prov. Kerkbestuur van Drente, werd hij den 5en Nov. 1837 bevestigd als predikant te Kolderveen door zijn neef Ds. E.H. Sikkes, pred. te Bonda (O.-Friesl.) (m. 2 Tim. IV:7, 8a; intr. m. Joh. X:16b). Van zijn eerste gemeente nam hij afscheid den 19en Maart 1843 (m. 2 Joh. vs. 3), om den 26en d.a.v. intrede te doen te Gasselte, (m. Ef. IV:15) na door zijn broeder Folkert Herm. Heerspink, pred. te Gieten, bevestigd te zijn (m. 2 Cor. V:20a). Toen deze broeder (reeds den 2en Mei d.a.v.) overleden was, werd hij in diens plaats beroepen te Gieten; deze beroeping aanvaardde hij, en nog in datzelfde jaar den 22en Oct. deed hij er intrede (m. Joh. IV:37; bevest. door Ds. C. Tjassens Keiser, pred. te Enum m. 2 Cor. V:20). Te Gieten bleef hij werkzaam tot hij er wegens emeritaat den l6en Nov. 1879 afscheid preekte (m. Fil. I:27), waarna hij zich vestigde te Groningen. Hier overleed hij den 30en Juni 1899. Heerspink bleef tot het einde toe een overtuigd aanhanger van de Groninger School. Hij was, zooals ook uit zijn geschriften blijkt, een dankbaar leerling en warm bewonderaar van L.G. Pareau en P. Hofstede de Groot, en wat hij publiceerde, getuigt van degelijke studie. Hij was jarenlang voorzitter van het Prov. Kerkbestuur van Drente en woonde verscheiden zittingen van de Alg. Synode der Ned. Herv. Kerk bij, 't laatst in 1878. Verder was hij o.a. in 1878 lid van de commissie van voordracht voor de benoeming van kerkelijke hoogleeraren en van 1877 tot aan zijn dood lid van de commissie van Toezicht op den druk en de uitgave der Ev. Gezangen. Hij was Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Hij huwde den 12en Juli 1842 met Diddina Haukea Hitjer (overl. 1889), uit een bekende O.-Friesche familie. Uit dit huwelijk werden tien kinderen geboren, van welke acht hem overleefden, o.a. Ds. H.H. Heerspink, pred. resp. te Oudeschans, Sleen, Zalk, Eelde, emer. 1912. | |
[pagina 607]
| |
Van J.B.F. Heerspink bestaat een photographisch portret. Hij gaf in het licht: Gedachtenisrede op Folkert Herman Heerspink, in leven predikant te Gieten, gest. den 2en Mei 1843, uitgespr. den 14en Mei in de kerk te Gieten. Gron. 1843. gr. 8o. - De hope des wederziens. Een woord voor al degenen, die dierbare betrekkingen verloren hebben. Gron. 1858. gr. 8o. - De Godgeleerdheid en hare beoefenaars aan de Hoogeschool te Groningen, gedur. het 250jarig bestaan der Academie (l6l4-1884). Gron. 1864, '75. 8o. (2 dln.) (toegewijd aan de nagedachtenis v. zijn vader, van zijn leermeesters Prof. J.F. v. Oordt en L.G. Pareau; opgedr. aan P. Hofstede de Groot.) - Dr. Petrus Hofstede de Groot's leven en werken. Gron. 1898.Ga naar voetnoot1) 8o. Achterin (overgenomen uit het Evang. Zondagsblad) de toespraak door J.B.F. Heerspink gehouden bij de onthulling van Hofstede de Groots grafmonument. Voorts bevat Waarheid in Liefde van Heerspink het volgende: Over de Gebedsverhooring. Beantwoording der vraag: Bestaat er Gebedsverhooring, ook behalve de zedelijke kracht des gebeds op den mensch? Zoo ja, bestaat die ook zonder deze? Wat leert de Bijbelsche Geschiedenis, het Bijbelsch, vooral het N. Testamentisch onderrigt en de gezonde wijsgeerte omtrent dit punt? Jrg. 1855, blz. 219-284. - In hoeverre is de. Heer Jezus Christus een geheel eenig persoon, met wien niemand uit geheel de wereldgeschiedenis kan gelijk gesteld worden? Jrg. 1856, blz. 281-397. - Over wonderen. Jrg. 1872, blz. 481-526. In de serie ‘Preken uitgeg. om licht te verspreiden en Chr. leven aan te kweeken vooral onder de mindere standen des volks’ zijn van hem een paar preeken opgenomen, nl. De Wekstem der Hervorming en een G. Vrijdagpreek Over de zeven Kruiswoorden. (3de jrg. No 7. Koevorden. 1848). In de Gron. Studentenalmanak v.h. jaar 1838, blz. 128, 129 komt van hem een vrij vertaald gedicht voor: De Kinderjaren, naar Mahlmann. Litteratuur: Alb. Stud. Gron., k. 290. - Frederiks en v.d. Branden, Biogr Wdb., blz. 331. - Sepp, Godg. Ond. I. II (reg.). - Romein, Pred. Drenthe, blz. 58, 72, 205. - Knuttel, Cat. Pamfl. VII, No 28124. - Brinkman's Cat. (1850-'82), blz. 500. - Aangevuld met meded. v. Ds. H.H. Heerspink, emer. pred. te 's-Gravenhage. |
|