Biographisch woordenboek van protestantsche godgeleerden in Nederland. Deel 3

[Sjoerd Folkert van Hasselt]

HASSELT (Sjoerd Folkert van) werd geboren te Arnhem den 1^en Febr. 1809 uit het huwelijk van Barthold Theodorus Wilhelm v. Hasselt (wiens vader Johan v. Hasselt Burgemeester was van Zutphen) en Baukje Rypperda. Ingeschreven als student te Groningen den 13^en Apr. 1829 werd hij bevorderd tot proponent door het Prov. Kerkbestuur van Groningen 1 Mei 1833. Den 19^en Oct. 1834 werd hij als zoodanig bevestigd in zijn eerste gemeente Wommels, door Ds. D. Tyssen, pred. te Leeuwarden (m. 2 Cor. XII:9a; intr. m. Col. I:28). Zijn tweede gemeente was Zuidwolde, waar hij intrede deed den 21^en Apr. 1839 (m. Joh. IV:34; bev. d. Ds. A. Rutgers van der Loeff, pred. te Noordbroek m. 1 Cor. III:9a; afsch. te Wommels 7 Apr. m. 1 Cor. XV:58). Vandaar vertrok hij naar Sneek, waar hij den 22^en Mei 1842 zijn intreepreek hield (m. Hand. XVIII:10; bev. d. Ds. L. Fockens pred. ald. m. Spr. XI:30; afsch. te Zuidwolde den 8^en Mei m. Col. I:22b, 23a). Met ingang van 1 Oct. 1859 eervol emeritus verklaard, legde hij den 25^en Sept. 1859 zijn bediening neder wegens zijn benoeming tot Secretaris van de Algem. Synode der Ned. Herv. Kerk (afscheidstekst te Sneek Col. III:14). Als zoodanig bleef hij werkzaam tot zijn overlijden te 's-Gravenhage, den 6^en Maart 1881. Met ijver en trouw verrichtte hij zijn nieuwe functie, en bij zijn begrafenis werden door den voorzitter van de Algem. Synode en door dien van de Indische Kerk de diensten herdacht, door hem, ook in moeilijke tijden, aan de Ned. Herv. Kerk bewezen.

Van Hasselt was de vrijzinnige beginselen toegedaan. In de synode was hij een volhardend verdediger van het recht der Friesche floreenplichtigen.

Hij huwde den 28^en Jan. 1836 te Groningen met Dorothea Lydia Louisa van der Loeff (geb. te Hattem 1 Apr. 1816, overl. te 's-Gravenhage 16 Maart 1894), dochter v. Abr. Schim van der Loeff en Johanna Theodora Rutgers. Uit dit huwelijk werden geboren zes kinderen. Een der drie zoons volgt hierna.

Van S.F. van Hasselt zag het licht:

De Nederl. Vereeniging tot afschaffing van den sterken drank aangeprezen. Sneek. 1853. gr. 8^o. - Afscheidsleerrede. Sneek. 1859. - Het eenig streven v.d. echten Evangeliedienaar. N. 2 Tim. II:15a. Leerr. uitgespr. t. bevest. v. zijnen zoon B.Th.W. van Hasselt, als herder en leeraar bij de Herv. Gem. te Terheyden bij Breda, den 5^en Maart 1865. 's Gravenh. 1865. gr. 8^o. - Verslag v.d. Secretaris der Synode omtrent hare handelingen ter zake v. reorganisatie v. Kerk en Kerkbestuur. 's Gravenh. 1874. 8^o.

Litteratuur: Alb. Stud. Gron., k. 284. - Romein, Pred. Friesl., blz. 279, 338. - v. Veen, Aanv. en Verbet. v. Romein, blz. 33. - Romein, Pred. Drenthe, blz. 247. - Nederland's Patriciaat. A^o 1911 (2^de jrg.), blz. 201, 202. - Brinkman's

[p. 570]

Cat. (1850-'82), blz. 494. Cat. Rem. R'dam, blz. 260. - Reitsma, Herv. en Herv. Kerk (3^de dr.), blz. 815 (en het daar aangeh. uit de Handel. der Alg. Syn. v.d. N.H.K.).