[Georgius Erhard]
Erhard (Georgius) geboren te Hoorn in 1687, werd den 19den Februari 1706 student in de Godgeleerdheid te Leiden. Na volbrachte studie werd hij in 1712 predikant te Huizen en twee jaar later te Zaandijk, alwaar hij werkzaam is gebleven tot 1751, toen hij ‘op voorstel en resolutie van de Christelijke Synodus voor Noord-Holland’ van genoemd jaar ‘salvo honore en behoudens een jaarlijksch honorarium’, emeritus werd verklaard. Hij stierf te Schermer in Maart 1768.
Hij gaf uit:
Verhandelinge van 's Menschen Uit-einden, ofte de eindelijke Staat der Menschen na dit leeven: zoo der heerlijkheid voor de Geloovigen en Godzaligen, als van Verdoemenisse en Rampzaligheid voor de Ongeloovigen en Godloozen: ter vertroostinge van de eerste, en ter verschrikkinge van de laatste ontworpen en beschreeven door Georgius Erhard .... Waarbij ook nog gevoegd is een Catechetische Verhandelinge van de Sleutelen des Hemelrijks, volgens de Leid-draat van den Heidelbergschen Catechismus, in de 83, 84, 85. Vraagen en Antwoorden van de 31ste Zondag, door den zelven Autheur. Alkmaar 1762. |
Terzelfder plaatse had ook het licht van hem gezien:
De waare en eenige Heelmeester in Israël aangemerkt in deszelfs Heerlijkheid en Voortreffelijkheid boven alle aardsche zoo lighaamelijke als geestelijke Heelmeesters; en zelfs ook de Allergrootste Personagien deezer Waereld: neffens zijne heilzaame recepten en remediën, als de regte balzem in Gilead, ter geneezinge in alle geestelijke Patiënten en zieke Zondaren, en ter verkrijging van een eeuwigdurende Gezondheid, Leeven en Zaligheid; tot ontdekkinge, waarschonwinge en overtuiginge van veele naam- en mond-christenen, en hunne valsche gronden van Zaligheid. |
Tegen het eerstgenoemde geschrift kwam uit: De Mennoniten of Doopsgezinden, tegen de beschuldigingen van den Heer Georgius Erhard, rustend predikant te Zaandijk, in zijn E. Verhandeling van 's Menschen Uiteinde, verdedigt door Andries Apostool. - Amsterdam 1763. - Dit geschrift ontlokte aan de pen van Erhard: Apologie of korte en zedige verantwoordinge tegen bovenstaand boekje. Alkmaar 1763.
Litteratuur: Alb. Stud. Lugd. Bat. kol. 833. - Boekzaal 1751 (73ste dl.) blz. 350; 1768 blz. 364, 365. - Van Alphen, N. Kerk. Handboek, jrg. 1908, Bijl. P. blz. 123, 153.