kas een toelage gegeven van f 1600, wat evenwel, alweer op een door hem gedane aanvrage, het volgende jaar ophield.
Tot den 20sten Mei 1814 is hij blijven arbeiden, toen hij door den dood werd weggerukt uit den kring, waarin hij zoo ijverig en trouw werkzaam was. Met hart en ziel gaf Boers zich aan het onderwijs in die vakken, welke te doceeren hem waren toevertrouwd en ook als predikant heeft hij immer met lust en liefde gewerkt. Dat dit zoo was, daarvan zijn de getuigenissen van hoogachting en waardeering in de gemeenten, die hij achtereenvolgens diende, de meest sprekende getuigen.
Boers was een zeer geleerd man, die verscheidene talen, o.a. het Latijn, Engelsch, Hoogd. en Fransch vloeiend, sprak. Tijdens de Fransche overheersching kwam het hem, als deken van de theol. faculteit, uitnemend te pas, dat hij het Fransch even gemakkelijk schreef als zijn moedertaal.
Van hem zag het licht:
G. West. De geschiedenis en de bewijzen voor de sekerheid van de opstanding van Jezus Christus uit de dooden, als de eenige steun en vaste hoop der Christenen, in een nieuw licht gesteld. Utr. 1772. |
Kort onderwijs in de godsdienst- en zedeleer in vierregelige versen, tot gebruik voor eenvoudigen opgesteld. |
Leerrede over de woorden van Josua 24:15b. 1774. |
Verklaring over de gelijkenis van den verloren zoon. Utr. 1777. |
Drie leerredenen over Jacobs droom en worsteling. Leiden 1797. |
Leerredenen over Hebr. XII:25-29. Leiden 1798. 3 stkn. |
Handboek voor jonge predikanten. Leiden 1807. Dit werk wordt zeer geprezen en is wel te beschouwen als het beste, dat uit de pen van Boers gekomen is. (Sepp, Proeve enz. 2de druk, blz. 66). Hier vinden we de stelling verkondigd dat ‘het gezond verstand de beste preekmethode aan de hand geeft.’
Litteratuur: van der Aa, ll. dl. II, blz. 737-739; Glasius, ll. dl. I, blz. 121; J. Hartog, Geschiedenis der predikkunde. Amst. 1861, blz. 354 en 355.