[Johannes Beukelman]
BEUKELMAN (Johannes), geboren den 11den Maart 1704 te Hoorn, werd den 12den September 1722 te Leiden ingeschreven als student in de godgeleerdheid. Den 25sten Juli 1725 bevorderd tot proponent in de classis Hoorn, zag hij zich bereids den 9den October te Oost- en West-Blokker beroepen ‘dog werd wegens zijne minderjarigheid bij Haer Ed. Mog. dispensatie verzogt.’ Dan, dit beroep werd door de Staten, ingevolge de resolutie der Ed. Gr. Mog. Heeren St. v. H. en W.-Fr. van den 21sten Dec. 1680, niet geapprobeerd. Den 12den Aug. 1726 beroepen te Driehuizen en Z.-Schermer, werd hij hier den 17den Nov. bevestigd en was hij achtereenvolgens predikant te Alblasserdam (ber. Oct. 1728) Dec. 1728-Dec. 1729; te Zierikzee (ber. Nov. 1729) 1 Jan. 1730-Juni 1737; te Hoorn (ber. 16 April 1737) 16 Juni 1737-Maart 1749; te Rotterdam (ber. 26 Dec. 1748) 16 Maart 1749-einde Sept. 1750; te 's-Gravenhage (ber. 15 Juli) 4 Oct. 1750 tot zijn dood, den 17den Aug. 1757.
Hij schreef:
De monomachia Jacobi cum Deo L.B. 1725. |
Verkl. van den Heidelb. Catechismus in 52 predikatiën. |
65 uitgelezene keurstoffen of leerredenen uit het O.T. o.a. versch. te 's-Gravenhage in 1775. |
90 uitgelezene vervolgsloffen uit het O. en N.T. o.a. versch. te 's-Gravenhage in 1777. 2 dln. |
Leerredenen (3 dln). Keurstoffen bestaande in 20 leerredenen. Utr. z.j. Over het lijden. |
In 1859 zag te Appingadam het licht van J. Beukelman, 63 Leerredenen, Lijdens- en Feeststoffen. Nieuwe uitgave 3 dln. Nog bestaat er een uitgave. te 's-Gravenhage 1775/76. Gebleken is me, dat te 's-Gravenhage, bij J.A. Bouvink verschenen