Biographisch woordenboek van protestantsche godgeleerden in Nederland. Deel 1
(1907)–Lambregt Abraham van Langeraad, Hugo Visscher– Auteursrecht onbekend[Maurits Albrecht Amshoff]AMSHOFF (Maurits Albrecht), was de derde zoon van Johannes Petrus en van Christina Meiling, en werd den 3den September 1801, te Ulsen in de graafschap Bentheim geboren. Veel voor zijn vorming had hij aan zijn vader te danken, van wien hij niet alleen godsdienstonderwijs ontving, maar ook ander onderricht genoot, | |
[pagina 157]
| |
waaraan hij later met groote dankbaarheid zal gedenken; evenals aan zijne moeder, die hem met een hart vol liefde, biddend toewijdde en opdroeg aan den grooten Kindervriend. Voor zijn latere godgeleerde overtuiging is het godsdienstonderwijs, dat hij van zijn vader ontving, beslissend geweest. Hij getuigt er van dat het ‘hoezeer geordend en geregeld, niet stelselmatig was in de geest van vroegere dagen en menig leerstuk niet verdroeg, dat, hoe geijkt door menschen, indruischte tegen het EvangelieGa naar voetnoot1)’. Aan de universiteit te Groningen voltooide Amshoff zijn godgeleerde studie. Tot den evangeliedienst toegelaten, werd hij in Januari 1825 predikant te Halle (classis Zutphen), waar hij door zijn vader bevestigd werd. Deze zijn eerste standplaats verwisselde hij in Augustus 1827 met Huissen bij Arnhem. Hier arbeidde hij ruim 2½ jaar, immers tot den 16den Mei 1830, om een week later, te Franker bevestigd te worden, als opvolger van Rodenburg Mentz (10 Juni 1827-5 Juni 1829), die naar Utrecht was getrokken. Van Franeker trok hij naar Groningen (hier beroepen den 11den Juni 1832). Na den 3den October afscheid te hebben gepreekt, werd hij den 10den d.a.v. als opvolger van Joh. Mulder bevestigd en aanvaardde hij zijn ambt in deze zijn nieuwe gemeente den 14den van Wijnmaand, met een leerrede uit 1 Tim. 1:1b ‘Jezus Christus die onze hope is’. Te Groningen is Amshoff gebleven tot den 9den Januari 1865, op welken datum hij het predikambt neerlei, dewijl toen zijn emeritaat inging. Maar niet alleen dat hij den dienst verliet, hij verliet ook Groningen, waar hij bijna 30 jaar het evangelie had verkondigd, om zich metterwoon te vestigen te Zutphen. Hier overleed hij den 25sten Maart 1874. In 1834 gaf hij met zijn vrienden prof. P. Hofstede de Groot en Dr. C.H. van Herwerden uit: Chr. betrachtingen, eene bijdrage tot de stichtelijke lectuur naar de behoefte van onze dagenGa naar voetnoot2). Groningen. Dit geschrift moet beschouwd worden, als de eerste uiting van de zoogenaamde Groninger richting, die ongetwijfeld voor een groot deel geboren is uit verzet tegen een al te lijdelijk christendom, iets wat o.i. duidelijk blijkt uit de verklaring, die gegeven wordt van ‘geloof’, wat niet zal zijn ‘een voor waar houden, maar het zich toevertrouwen aan Jezus’, zoodat ‘gelooven in Jezus’, volgens hen beteekent ‘met verstand, hart en gemoed leven in JezusGa naar voetnoot3)’. Het volgend jaar (1835), verscheen te Franeker het Algem. Chr. Zondagsbl., onder medewerking en redactie van Amshoff en ter kenschetsing van zijn godienstige overtuiging leze men de voorrede van den eersten jaargang, welke van hem afkomstig is. Aan het tijdschrift der Groninger school Waarheid en Liefde en dat in 1837 als driemaandelijksch tijdschrift begon te verschijnen, heeft, zonderling genoeg, Amshoff haast niet meegewerkt; maar dat hij er geen enkele bijdrage aan geleverd heeft, gelijk Dr. S.D. van Veen zegt (Bede om reductie. Overdruk. Groningen 1894. blz. 263) is onjuist. Immers hield hij den 11den September 1834 een godsdienstige toe- | |
[pagina 158]
| |
spraak, bij de terugkomst der Groninger Schutterij. Deze rede, destijds uitgesproken, werd, ter gelegenheid van de vijfentwintig jarige feestelijke herinnering, ter plaatsing in bovengenoemd tijdschrift aangeboden, waarna ze, afzonderlijk gedrukt, in 8o, bij J. Oomkens Jzn. te Groningen, het licht zag. Bepaald streng wetenschappelijke werken schreef Amshoff niet, hij wilde met zijn pen doen, wat hij ook deed door zijn woord: stichten, hij wenschte te wezen een man van het practisch Christendom. Het eerste geschrift dat van zijn hand verscheen was: Over de geschiktheid der Protestantsche boven de Roomsche kerk, enz. Arnhem 1830. 8o. Bloemlezing uit J. Luiken's zedelijke en stichtelijke gezangen. Groningen 1835. 8o. Herinnering enz. (zie onder de Litteratuur bij J.P. Amshoff waar de volledige titel te vinden is). Koevorden 1838. In 1841 begon hij met de uitgave van Woorden uit den Bijbel voor elken dag van het jaar. Met bijschrift. Groningen. R.J. Schierbeek. Dezen arbeid heeft hij voortgezet tot 1874, waarna de welbekende Haagsche predikant J. Herman de Ridder, voor de verdere verschijning gezorgd heeft. Te recht merkt Dr. S.D. van Veen ll. aan, waar hij over dit boekje (dat in 24o het licht zag) spreekt, dat er jaarlijks duizenden exemplaren van werden verspreid. Chr. Bladen tot bev. van het Godsrijk. Groningen 1841 en 1842. Vragen voor mijne leerlingen bij het afleggen hunner geloofsbelijdenis bij de Hervormden. Groningen 1842. Een woord van herinnering ter gelegenheid van de tegenw. verdeeldheden in de Herv. kerk. Groningen 1842. Herinneringen en wenken betreffende de evangeliebediening. Gron. 1843. Moed en volharding. Eene toespraak gehouden in de derde algem. verg. van het Gron. onthoudingsgen. op den 19den Oct. 1845. Groningen 1845. Beknopte handleiding tot de regte kennis en waardering der Heilige Schriften. Een Chr. leesboek, vrij naar het Hoogduitsch van W. Leipoldt. Gron. 1847. In het voorbericht van dit werk zegt Amshoff, dat ook met de vertaling dezer beknopte handleiding begonnen was Ds. van Doesburgh te Rotterdam. Dewijl echter de Groninger predikant reeds aan het drukken was, toen dit ter zijner kennis kwam, schreef hij aan zijn Rotterdamschen ambtsbroeder, die daarop zijn vertaling staakte en naar Groningen overzond, wat hij reeds vertaald had, opdat Amshoff er zich, zoo noodig, van zou kunnen bedienen. Het voorbericht voor de 2de uitgave is gedateerd den 21sten Juni 1854. Deze druk is geheel omgewerkt. De inhoud bestaat uit 14 hoofdstukken. Eene stem in en tot de gemeente over Bijbelverspr. Groningen 1848. M.A. Amshoff; C.L.P. Rutgers en E.J. Diest Lorgion; Aanwijzing van den weg der zaligheid volgens het Evangelie, enz. Geschiedkundig gedeelte. Gron. 1848. M.A. Amshoff, C.P.L. Rutgers en Dr. E.J. Diest Lorgion; Vraagboekje over de Bijbelsche en kerkelijke gesch. Groningen 1849. Bijdragen ter bev. van het Chr. leven, verzameld door M.A. Amshoff en W. Muurling. Ten voordeele van het toevlugtsoord voor meisjes te Groningen. 1843-1867. Dit toevluchtsoord deelde in groote mate in de liefde en toegenegenheid van Amshoff. Menig stuk, in deze verzameling voorkomend, is van zijn hand en nog de lezing ten volle waard, om de innige vroomheid en den echt religieusen zin, die er uit | |
[pagina 159]
| |
spreekt. Aan de stichting ter wier voordeele de Bijdragen geschreven zijn, hebben ze een belangrijk geldelijk voordeel gegeven. P. Duys, Chr. feestboekje voor de jeugd, of bestellingen voor kersmis, goeden vrijdag, paschen, hemelvaartsdag en pinksteren. Met een voorwoord van M.A. Amshoff. Kampen 1850. Vijfentwintig jaren in de Evangeliebed. Dankpreek gehouden den 13 Jan. 1850. Groningen 1850. Noorderney. Brieven bij een badbezoek geschreven in 1851. Groningen 1852. Beknopte handl. tot het afleggen der chr. geloofsbel. bij de Hervormden. 3de druk. Groningen 1852. Een aandenken aan mijnen overleden vader. Kerkelijke toespraak in mijne weekbeurt aan den avond van 1 Febr. 1853. Groningen 1853. Catechisatieboek. Handl. tot het afleggen der chr. geloofsbelijdenis bij de Herv. Groningen 1854. Gesch. van Jezus leven naar het Evangelie. Groningen 1854. Leesboek over de Bijb. en kerkel. Geschiedenissen door M.A. Amshoff, C.P.L. Rutgers en Dr. E.J. Diest Lorgion. Predikanten te Groningen. 5 deeltjes. 1854. Beknopte gesch. der chr. kerk. Groningen 1854. De feestvierende christen. Liederen en overdenkingen van M.A. Amshoff, S.J. van den Berg, Chonia, S. Hoekstra Bzn. enz. enz. Arnhem 1855. De goede ure der Christelijke geloofsbelijdenis. Uit een brief aan een jeugdigen Evangeliedienaar. Groningen 1856. Dankrede ter viering van zijne vijfentwintigjarige Evangeliebediening in de herv. gem. te Groningen, gehouden in de Nieuwe kerk, den 18 October 1857. Groningen 1857. Het godsdienstig standpunt door Amshoff ingenomen, blijkt uit deze Dankrede vooral op blz. 19, 22 en 23. Eenvoudige wenken ter bevordering van het regte bijbellezen. Groningen 1857. Bijbelsche gedenkspreuken bij het afleggen der chr. geloofsbelijdenis. Groningen 1859. no. 1-12. Het bijbelfeest op Nieuw-Zeeland, naar een Hoogd. Zendelingsblad. Gron. 1860. Herinneringen aan T. van Duinen, predikant te Mantgum. Groningen 1860. Christelijke levensbeelden en wekstemmen. Uitgegeven ten voordeele van de kerkstichtingen te Nieuw-Amsterdam en Nieuw-Dordrecht in Drenthe. Zutfen 1870. Kleine bijdragen voor de uit- en inwendige chr. zending. Gegeven ten voordeele van de scholen in de Minahassa. Zutphen 1871. Voor uw dagelijksch leven. Spreuken en beelden naar de Pretiosen van Karl Steiger. Utrecht 1871. Eene herinnering aan onze geloofsbelijdenis, als de ure des levens ten leven bij uitnemendheid. Eene belijdenisgave aan alle vriendinnen des Heeren. Voorafgegaan door een brief aan de schrijfster van M.A. Amshoff. Groningen 1863. Carl Steiger en M. Groth. Volksspreuken en kleine gedichten, uit het Hoogduitsch en Platduitsch. Eene laatste gift voor de kerkstichtingen te Nieuw-Amsterdam en Nieuw-Dordrecht. Zutphen 1873. Meer dan 30 jaar is M.A. Amshoff te Groningen werkzaam geweest en hij heeft aldaar den bloeitijd van de beginselen der Groninger school beleefd. Belang- | |
[pagina 160]
| |
stelling toonde hij in alles wat goed, edel, lieflijk is en wel luidt. Ernstig was hij en gemoedelijk en een voortreffelijk catecheet, wat uit de vele boeken en boekjes, die hij met andere vrienden samenstelde en waarvan de meeste enkele malen herdrukt zijn, blijken kan. In zijn theologische opvatting staat hij het dichtst bij het mysticisme. Naar het getuigenis van Dr. v. Veen, was hij te Groningen zeer gezien en werd zijn arbeid er op hoogen prijs gesteld. Amshoff huwde tweemaal eerst met Helena Lucia Valckenier en den 21sten Januari 1834 met Aldegunda Christina van der Hoop, zuster van de vrouw van Mr. G. Groen van Prinsterer. Uit dit laatste huwelijk was een zoon J.P. Amshoff, die in 1894 te Pau is overleden. Litteratuur: T.A. Romein; Naamlijst der Predikanten enz. dl. I. blz. 235. Dr. S.D. van Veen; Eene bede om reductie. Jubeljaarspredikatie. Overdruk blz. 202 en blz. 261-263. |
|