Slip du toilet
Het zag er naar uit dat ik mij binnenkort zou moeten gaan scheren. Mijn snorsel werd minder donzig en regelmatig ontsprongen er rare, verdwaalde haren aan mijn gezicht. Ik begon vreemde mannekinnen te observeren.
Ik keek ooms op verjaardagen, winkeliers in de buurt en leraren op school niet langer recht in de ogen, maar bezag besmuikt de paarsgraad van hun kaken, het stoppelgehalte van hun kin en de beharing van hun adamsappel. Ik vond het altijd buitengewoon opwindend wanneer er aan hun hoofden ergens een vergeten, ongeschoren stuk huid bleek te zitten: onwetend van deze uiterlijke onvolkomenheid gedroegen de mannen zich met hun normale aplomb, maar ik wist intussen wel beter; daar onder je kin prijkt nog een stoppelveldje van minstens twee vierkante centimeter, sukkel! Je arrogante gedrag slaat dus nergens op. Toontje lager graag. Ik weet namelijk iets van je...daar, tegen de helling van je keel, ligt een uitermate domme strook vergeten baardhaar! Niet goed in de spiegel gekeken vanmorgen, met je bolle ogen. Je ziet er dus belachelijk uit, zonder dat je het zelf weet. Ik zal daar nu geen misbruik van maken, maar één verkeerd woord en ik hang je hoofd aan de grote klok!
U begrijpt dus dat, toen ik mijzelf begon te scheren met het oude 1-kops scheerapparaat van mijn vader, dit gebeurde met een maniakale precisie, die ervoor borg moest staan dat niemand (en zeker de dames niet) mij ooit op één vergeten haartje zou kunnen betrappen. Nog altijd epileer ik tweemaal daags mijn oor- en neusharen en met een tandartspiegeltje kan ik tot boven in mijn beide neusgaten doordringen, om blamerende bulken bijtijds te betrappen.
Ook het onvolledig omgeslagen overhemdboordje, het rechtop staande merkje of wasvoorschriftje in de hals van de pullover en de eigenmachtig uitgezakte dasstrop beschouw ik als genante Slips du Toilet, maar elk van deze ongeweten missertjes blijft in pijnlijkheid natuurlijk verre ten achter bij de Openstaande Gulp.
‘Uw Gulp staat open!’ wordt er van achter uit de zaal geroepen. ‘Jaja’, denkt Spreker, ‘je roept maar hoor. Daar trap ik echt niet in, in zo'n oude grap.’
Zijn gehele rede wordt met bulderend gelach ontvangen en, terug in de kleedkamer, bemerkt spr. dat het waar was: al die tijd stond zijn Gulp open. Nou en? Er viel toch zeker niets anders te zien dan een kleurige slip overhemd? Maar dat doet er niet toe, want daar gaat het niet om. Ook de Vlaggende Onderjurk (het vrouwelijk equivalent van de Openstaande Gulp, toen de meisjes nog geen broeken droegen) stelde de onwetende draagster niet bloot aan werkelijk intieme blikken. Integendeel, zou je zeggen: er ging immers geen kleding af: er kwam goedbeschouwd nog een extra laagje lingerie bij. Het gevoel van superioriteit dat de waarnemer van een Slip du Toilet bevangt, stoelt echter meer op verlustiging in de Geestelijke dan in de Lichamelijke Naaktheid van het slachtoffer - ik weet iets wat hij/zij zelf niét weet.
Toegegeven: in de harde kantoorpraktijk van alledag zult u nog maar zelden tegen een bevrijdende Openstaande Gulp oplopen. Let daarom, wanneer u binnenkort weer eens bij die vervelende chef wordt geroepen, op het treklipje aan de bovenzijde van zijn broekritssluiting: tien tegen vier dat dit handgreepje niet naar behoren plat ligt maar, op een verademend onnozele wijze, recht vooruit steekt:
Een subtiele geest als de uwe kan uit het zwijgend observeren van dit ontwapenende slordigheidje voldoende kracht putten om de tegen hem/haar opgezette grote bek te weerstaan.
Koot