De schat der gezondheid
(1992)–Johan van Beverwijck, Jacob Cats– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 73]
| |
JichtWanneer te veel scherp en zout vocht in de gewrichten zinkt, leidt dat tot jicht ofte wel flerecijn, ook wel arthritis of gutta genoemd. Jicht zorgt bij vlagen voor een haast ondraaglijke pijn in de gewrichtsvliezen en beschadigt de gewrichtsbanden. Het aangetaste deel is zwak en kan maar moeilijk bewogen worden. In het begin zwelt het gewricht meestal nog niet op en voelt men alleen een grote pijn van binnen; deze vermindert als het zwellen begint. De kwaal is erfelijk. In principe kan ze volgens Galenus en Avicenna in elk gewricht optreden, maar gewoonlijk spreekt men van drie varianten: in de handen (chiragra), in de voeten (podagra) en in de heupen (ischias). Suetonius schrijft over keizer Galba dat zijn handen en voeten zo kromgetrokken waren dat hij geen schoenen kon verdragen en nog geen brief kon openen of vasthouden. Het komt zelfs voor dat de soorten elkaar gezelschap houden! Over de inwendige oorzaken van de ziekte is men het niet eens. Er is echter maar één aanleiding: scheiding en oprekking van gewrichten. Het ingezonken vocht spant en prikkelt hun gevoelige delen en zorgt voor hevige pijn. Vele doktoren wijzen als uitwendige oorzaak onmatigheid aan, met name dronkenschap en geilheid. In de oudheid zei men dan ook dat jicht een dochter van Bacchus en Venus was. Omdat arme mensen niet veel te besteden hebben, treft men haast nooit een jichtige bedelaar aan. Daarentegen worden rijke lieden, die leven in ledigheid, weelde en wellust, er vaak vreselijk door gekweld. Een Griekse dichter schreef: | |
[pagina 74]
| |
Godinne, die men noemt het pijnlijk Flerecijn,
wiens moeder is de lust, wiens vader is de wijn,
o temster van het volk, dat, uit een volle weelde,
met zijn alwaardigGa naar voetnoot* vlees en met de vrouwen speelde,
of met een losse hoopGa naar voetnoot†, of met een verfristGa naar voetnoot‡ glas,
in 't midden van de nacht bij wijlen bezig was;
hoe wordt u staag gevierd, ook door de grootste lieden,
die u, waar dat u komt, gemak en ere bieden.
U wordt ook zacht gekleed, en lekkerlijk gevoed,
zoals men algemeen de grootste prinsen doet;
u neemt uw intrek meest in rijkeliedenvoeten,
die zoeken dan met ernst wat pijnen kan verzoeten;
daar wordt u dan bezocht bijna door elke man,
zodat u nimmermeer de tijd verdrieten kan.
Maar nooit en kan een mens zijn gast zo goed onthalen,
als een die machtig is, en die het kan betalen;
en daarom bent u wijs, en slim in uw bedrijf,
dat u nooit schraal vertrek en neemt tot uw verblijf.
Jicht is een echte mannenkwaal: ze komt haast nooit voor bij kinderen en slechts af en toe bij vrouwen, die immers eens per maand gezuiverd worden. De ziekte geldt van oudsher als bijzonder hardnekkig en de genezing wordt vaak ook nog eens bemoeilijkt doordat de patiënt zijn levenswijze niet wijzigt en de dokter niet laat komen omdat hij niet toe wil geven dat hij eraan lijdt. Aangezien men bij een aanval bijna alle aandacht moet besteden aan pijnbestrijding, komt de arts nauwelijks toe aan het wegnemen van de echte oorzaken. Om zoveel mogelijk ellende te voorkomen, moet de zieke daarom zo sober mogelijk leven. | |
[pagina 75]
| |
Hij dient alle kost die zoute sappen verwekt af te zweren en liever helemaal geen wijn te drinken. Er moet een evenwichtige verhouding zijn tussen slapen, waken en lichaamsbeweging. Het lichaam dient open gehouden te worden en in voor- en najaar een zuivering te ondergaan. Alle gramschap, wellust en overdaad moet men vermijden. |