wel... lang? Met dat heerlijke in het vooruitzicht?
‘Détje, hartelijk, hartelijk bedankt voor al je goeie zorgen. We hebben het fijn gehad, een vakantie die we niet gauw zullen vergeten.’
‘En we zullen je regelmatig schrijven,’ belooft Emy, ‘bij elke brief van Anneke.’
‘Waar is Anneke?’ klinkt dan opeens Loets stem. ‘En Taco?’
‘Ja, waar zouden die zijn? Het beloofde laantje,’ herinnert Felix haar, ‘het is er zondag niet van gekomen en ze hadden er recht op. Daar komen ze net...’
Dan, even later, staan ze weer bij het boshekje. Loet, ongeduldig, trappelt met haar voet.
‘Kinderen, maken we d'r geen drama van,’ verzoekt ze, ‘we zien elkaar toch weer terug, volgend jaar? Kom, wij gaan vast vooruit, Felix!’ Ze trekt aan z'n mouw.
‘Ja,’ knikt die en stapt naast z'n trapper.
‘Je bril,’ herinnert Taco lachend, ‘die heeft-ie waarachtig weer vergeten.’
Eén voor één rijden ze weg, zwaaiend, wuivend...
‘En nou wij!’ Anneke slaat haar armen om Dé's hals. ‘Dé... je weet het wel, hè? Het aller-allerbeste en hou' je goed, hoor kind.’
Ze buigt zich fluisterend over haar heen.
‘Ik wip gauw eens over,’ belooft ze, ‘en als je me ook maar ergens voor nodig hebt, dan kik je, hè? Doen hoor! Dag engel, en dank je voor alles ... ook voor je vertrouwen.’
‘Dag Anneke!’
Als ze zich omdraait, is Dé verdwenen.
‘Lest best,’ zegt Taco een beetje schorrig en trekt haar naar zich toe. ‘Anneke-lief, zul je me heel gauw schrijven, van thuis? Het... het zal niet meevallen de eerste dagen en ... ik kom, zo gauw mogelijk.’
Ze knikt. Dan buigt hij zich over haar heen. Ze voelt zijn lippen vast op de hare, zijn hand om haar schouder...
Met een ruk grijpt ze haar bromfiets. Ze haalt diep adem terwijl ze wegrijdt, zonder om te kijken. Met de rug van haar