Dichters van morgen. Een bloemlezing uit de poëzie van jonge dichters(1958)–Ad den Besten– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 152] [p. 152] F.W. Ekkel [Ik vraag je nog eens wind] Ik vraag je nog eens wind je werkt me tegen je bolt mijn kleren zodat ik langzamer moet gaan trek je terug en ga slapen telkens als ik meen dat je dood zult gaan komt er een van je vele kinderen mij de weg versperren en ik moet wel stilstaan ik heb een voorstel wind wij bergen beide onze boze woorden op tot elders en ik wil vriendelijk tot je spreken zoals een kudde vogels spreekt tot de horizon begrijp je heel ver af zijn zij vrienden en strengelen lange luchtige vingers ineen om samen de tijd te overwinnen of ik wil me fluisterend tot je richten en fluisterend stappend van alle kanten je omringen en ik vraag je nog eens wind trek je terug en ga slapen. Vorige Volgende